Hanky Panky Goodbye: ‘Ik droeg een zonnebril zodat mensen mijn ogen niet zagen’
Voor de een is het een leuk verjaardagsliedje, voor de ander keiharde discriminatie. Toen documentairemaakster Roosmarijn Wind opgroeide in Nederland, deed het haar pijn om het verjaardagslied Hanky Panky Shanghai mee te zingen. In de documentaire Hanky Panky Goodbye is te zien hoe Wind met een psycholoog praat over haar ervaringen met discriminatie en hoe het haar getekend heeft in het leven.
In Renze op Zondag komt het fragment voorbij, waarin de documentairemaakster met tranen in haar ogen over haar jeugd vertelt. „Vroeger als kind voelde ik me al heel anders. Maar doordat mensen mij pestten, ging ik het zien. Kankerchinees, spleetoog: dat soort dingen werden gezegd. Als puber wenste ik dat ik er niet zo uitzag. Ik zou liever blond haar en blauwe ogen willen hebben. Er is zelfs een tijd geweest, waarin ik een zonnebril droeg, zodat mensen dan mijn ogen niet zagen”, vertelt Roosmarijn in de therapiesessie.
Hanky Panky Goodbye
Nog steeds vindt de documentairemaakster het pijnlijk om over dit deel van haar jeugd te praten. „Ik kan nu met trots zeggen dat ik blij ben met hoe ik eruit zie”, vertelt ze aan tafel bij Renze. „Ik heb deze documentaire gemaakt, omdat ik het bespreekbaar wil maken. Ik hoop dat alle Nederlands-Aziatische mensen dit minder gaan meemaken. Dit mag niet meer, dit kan gewoon niet meer. Ik denk niet mensen het altijd bewust hebben gedaan, die grapjes maken. Maar het is wel heel pijnlijk.”
Iemand die Wind spreekt in de documentaire Hanky Panky Shanghai, denkt ook niet dat het verjaardagslied vanuit verkeerde bedoelingen wordt gezongen. „Ik hoorde het liedje voor het eerst op de basisschool. De juf zei tegen mij: jij hoeft geen spleetoog te trekken, want die heb je al. Dat vond ik heel ingrijpend om te horen. Negen van de tien keer zingen mensen dit uit goede bedoelingen. Ze denken gewoon: o, leuk verjaardagsliedje. Dat hoort erbij.”
Documentaire geprogrammeerd tijdens onhandig tijdstip
De documentaire was overigens op een niet al te handig tijdstip te zien: om 3 voor half 12 doordeweeks. Tina Nijkamp, kijkcijferdeskundige en mediaconsultant, vindt dat onbegrijpelijk. „Zo’n belangrijke documentaire verdient een plaats om half 9 ‘s avonds, maar niet zo laat doordeweeks. Ik vind het heel kwalijk van de NPO, die van de daken schreeuwt hoe belangrijk ze diversiteit en inclusiviteit vinden, dat ze dan toch deze documentaire zo laat programmeren.”
De kijkcijferdeskundige heeft ook een persoonlijke link met het onderwerp. Haar twee kinderen, die ze heeft geadopteerd, zijn van Aziatische afkomst. „Mijn zoon zei laatst voor het eerst: hey die lijkt op mij. Dat heeft hij nog nooit eerder gezien. Het jeugdjournaal, NOS journaal: geen enkel programma heeft een Aziatische presentator of verslaggever in beeld.”
Renze op Zondag is terug te zien via RTL.
Waylon in Boerderij van Dorst open over vreemdgaan: ‘Ik ben de klootzak, maar geen rokkenjager’