Het Metro-panel over de stelling: ‘Een jubelton voor alle 25-jarigen verkleint de kansenongelijkheid’
In zijn nieuwste boek Sander en de brug doet Sander Schimmelpenninck vijf voorstellen voor een eerlijker Nederland. Eén daarvan is het geven van een ton aan iedere 25-jarige, als een soort startkapitaal. Is dat een goed idee? De redactie legt het voor aan het panel met de stelling ‘Een jubelton voor alle vijfentwintigjarigen verkleint de kansenongelijkheid’.
Dit zijn de vijf voorstellen van Schimmelpenninck:
- Vermogens en erfenissen zwaarder belasten
- Hervorm het onderwijs, stel onder andere het schooladvies uit
- Belast pensioen eerlijk
- Een jubelton voor iedereen
- Een maatschappelijke diensttijd
Deze week nemen plaats in het panel onderzoeksjournalist en historicus Sander Heijne, Rabobank-econoom Nic Vrieselaar en historicus Maarten van Rossem.
De experts uit het Metro-panel:
‘Niet de meest effectieve manier om de ongelijkheid te verkleinen’
„De gedachte achter dit radicale idee is heel sympathiek. Veel mensen erven veel geld of krijgen op andere manier veel geld van hun ouders mee, terwijl anderen niets krijgen. Dat kun je deels proberen te compenseren door iedereen een bedrag te geven. Met zijn ideeën gooit Schimmelpenninck een flinke steen in de vijver, zo van: er moet nu echt iets gebeuren. Mensen schrikken toch wel op van een voorstel om alle vijfentwintigjarigen een ton te geven. Zo dwingt Schimmelpenninck ons om het ongemakkelijke gesprek over ongelijkheid te blijven voeren, dat vind ik heel positief.
Ik denk alleen dat er nog betere manieren zijn om de ongelijkheid te verkleinen. Op het moment dat je in de huidige woningmarkt, waarin we 390.000 woningen tekort komen, alle vijfentwintigjarigen een ton geeft om een huis te kopen, kan iedereen plotseling een ton meer bieden. Daardoor zullen de prijzen waarschijnlijk omhoog schieten. Je weet precies waar die jubeltonnetjes dan terechtkomen: in de zakken van mensen die nu al huizen bezitten en goed kunnen verkopen. Daarom denk ik dat een jubelton voor alle vijfentwintigjarigen niet de meest effectieve manier is om de ongelijkheid te verkleinen.”
‘Om gelijker te worden zou je ongelijk in jongeren moeten investeren’
„Liever zou ik veel meer investeren in beter onderwijs. Kijk bijvoorbeeld naar het primaire onderwijs, waarin een groot deel van de groep acht-leerlingen niet meer goed kan lezen of schrijven. We moeten veel meer zorgen voor een goede start, zodat jongeren een goede basis voor hun leven hebben.
En na de middelbare school moeten we ervoor zorgen dat jonge mensen wat langer de kans hebben om rond te kijken, dat ze meer jaren hebben om te studeren. Zelf heb ik zeven jaar gestudeerd, dat heeft mij echt een veel betere uitgangspositie gegeven in het leven van de vier jaar die jongeren nu krijgen. Misschien zou je een hogere studiefinanciering kunnen geven en jongeren die niet willen studeren kunnen helpen met gerichte investeringen in een vakopleiding. Je kunt bijvoorbeeld zzp’ers die de bouw in gaan voorzien van gereedschap en een busje.
Ik zou het dus graag preciezer willen maken dan iedere vijfentwintigjarige zomaar een ton geven. Iedereen een ton geven impliceert ook een beetje dat je daarna niet meer moet zeuren. Dat ligt in het verlengde van het basisinkomen: iedereen heeft genoeg geld om zijn bek te houden, net als ze in Qatar doen, maar de ongelijkheid blijft immens.
Als je het echt over kansengelijkheid wil hebben, moet je mensen uit de zwakke milieus eigenlijk drie ton geven en mensen uit de rijkste milieus niets. Ik zou dus zeggen: om gelijker te worden zou je ongelijk in jongeren moeten investeren.”
‘Huizen worden duurder’
„Het pakket aan voorstellen van Sander Schimmelpenninck kan naar mijn idee inderdaad bijdragen aan het verbeteren van de kansengelijkheid in Nederland. Maar dan wel ondanks het idee om iedereen die vijfentwintig jaar wordt 100.000 euro te geven, niet dankzij.
Want wat gebeurt er met die jubelton? Onder de allereerste groep vijfentwintigjarigen die dit startkapitaal zal ontvangen, zal misschien niet iedereen het geld gebruiken voor de koop van een huis. Maar een deel wel, waardoor huizen duurder worden. Om de stijgende huizenprijzen te kunnen bijbenen, zullen Nederlanders die een jaar later vijfentwintig worden de jubelton vaker moeten inzetten voor de koop van een huis. Daardoor worden huizen nog duurder. Dit proces gaat net zo lang door tot koopwoningen grofweg 100.000 euro duurder zijn, en de jubelton geen opsteker meer is bij het kopen van een huis maar een vereiste.
Wie er wel baat bij heeft? Nederlanders die al vermogen in huizen of grond hebben, en de waarde daarvan flink zien stijgen. In de voorstellen van Schimmelpenninck worden hun winsten weliswaar zwaarder belast, maar niet helemaal. Een jubelton voor vijfentwintigjarigen kan de vermogenskloof en kansenongelijkheid dus uiteindelijk juist vergroten.”
‘Sterkste punt vind ik het zwaarder belasten van erfenissen en inkomen uit vermogen’
„Het sterkste punt uit de vijf voorgestelde maatregelen vind ik het zwaarder belasten van erfenissen en inkomen uit vermogen. Dat kan zoden aan de dijk zetten om vermogensongelijkheid te verkleinen, waarmee je ook gelijke kansen kunt bevorderen.
Op dit moment is de belasting op arbeid namelijk vrij hoog, en de belasting op inkomen uit vermogen laag. Dat betekent dat bijvoorbeeld een woningbelegger van elke verdiende euro netto meer overhoudt dan een buschauffeur, waardoor de kinderen van de woningbelegger meer kansen hebben om hun talent te ontwikkelen. Want in dat gezin is er wel geld voor bijvoorbeeld huiswerkbegeleiding of muziekles.
Dat is zonde, want voor het welzijn van mensen en voor de gezondheid van de economie is het belangrijk om talent, in welke vorm dan ook, te koesteren. En talent zit heus niet alleen bij kinderen van vermogende ouders. Door inkomen uit vermogen zwaarder te belasten, heb je als maatschappij geld om ook het talent te ontwikkelen van kinderen van minder rijke ouders.
Een andere, praktische reden waarom het goed is om inkomen uit vermogen zwaarder te belasten dan nu is de vergrijzing: steeds meer Nederlanders gaan komende jaren met pensioen. Daardoor nemen de uitgaven aan AOW en zorg sterk toe. Als je het geld dat daarvoor nodig is wil ophalen met hogere belastingtarieven op arbeid, dan wordt werken minder aantrekkelijk. Terwijl de vergrijzing tegelijkertijd kan leiden tot personeelstekorten. Daarom is het verstandiger om ook op een andere manier geld op te halen, bijvoorbeeld dus door inkomen uit vermogen te belasten.”
‘Vrij belachelijk’
„Een jubelton voor iedereen van vijfentwintig jaar vind ik eigenlijk vrij belachelijk. Ik ben bepaald geen miljonair, maar ik zit er redelijk warm bij, waardoor ik mijn kinderen met eigen geld kon helpen met bijvoorbeeld de aankoop van een huis. Het zou volstrekt overbodig zijn dat zij van de staat dan ook nog een smak geld zouden krijgen.
Bij het plan om iedereen van vijfentwintig een jubelton te geven zal het wel de overweging zijn dat het veel te ingewikkeld is om die jubeltonnen te verdelen naar inkomen. Maar het is toch een beetje gek om de kinderen van de top 10 procent rijksten van Nederland ook nog eens een ton cadeau te doen. Dan zwijg ik nog van mensen die vijf kinderen hebben, die krijgen bij elkaar een half miljoen, ook als ze het niet nodig hebben.
Met die vijf punten heeft Schimmelpenninck de beste bedoelingen, maar de voorgestelde middelen zijn politiek volstrekt onhaalbaar. Je kunt zeggen dat de erfbelasting fors omhoog moet, maar dan weet je precies wat er zal gebeuren: er gaat nu al een hele hoop geld naar de Kaaimaneilanden en dat soort oorden, en die kapitaalvlucht zal dan enorm toenemen.”
‘Als je echt egalitair bezig wil zijn moet je oorlog voeren’
„Voor zover er al een remedie is voor dit type ongelijkheid, denk ik dat de beste oplossing is dat we een beetje gaan sleutelen aan ons fiscale systeem. Belast arbeid minder en belast vermogen en inkomsten uit vermogen meer. Als je kijkt naar de twintigste eeuw dan zul je zien dat de meest egalitaire perioden de oorlogen waren: als je echt egalitair bezig wil zijn moet je oorlog voeren. Dan vindt namelijk iedereen opeens dat we wel gelijkwaardig moeten zijn en het niet anders kan.
De inkomensongelijkheid wordt in Nederland al vrij goed aangepakt, de ongelijkheid daarin is in de afgelopen decennia netto niet toegenomen. Het probleem zit bij de ongelijkheid in vermogen. In Nederland zijn er voor mensen met een beetje geld allerlei rare constructies om de fiscus te omzeilen, daar moet een einde aan komen.
Verder zou ik vooral zeggen: zoek het in maatregelen die uitvoerbaar zijn. Ga stapje voor stapje fiscale maatregelen nemen. In een keer een gigantisch pakket van maatregelen willen doordrukken is onhaalbaar en werkt averechts.”
Iedere week leggen we een breed scala aan panelleden uit het Metro-panel een stelling voor die inhaakt op de actualiteit. Iedere keer kun je uiteenlopende meningen, interessante quotes en onderbouwde standpunten vinden op metronieuws.nl/metro-panel.
Zangeres Karsu emotioneel bij Op1 na aardbeving Turkije: ‘Geen contact met zo’n 40 familieleden’