Zonder overstappen naar Londen met champagne en trainmanager Jan
Vanaf 30 april trein je met Eurostar direct naar Londen. Metro mocht alvast mee, op die allereerste rit.
„Bukken, we gaan zo de tunnel in!” In elk reisgezelschap zit altijd weer een grapjas, en iemand die ook echt bukt. Guilty. Drie uur ervoor ben ik samen met tientallen vakgenoten aan boord gestapt van Eurostars allereerste directe verbinding van Amsterdam naar Londen. „Brexit of niet, Londen komt vanaf 30 april toch dichterbij”, galmen de woorden van NS’ voorman Roger van Boxtel nog wat na. „De duurzame trein heeft de toekomst en brengt Europeanen bij elkaar.” Voor het instappen was er de bagage- en paspoortcontrole, we gaan tenslotte naar een niet-Schengen land, en wachtte een spiksplinternieuwe wachtruimte op spoor 15b. Bijna letterlijk ook, zaagselresten van de erin geboorde nieuwe toiletdeuren dreven ook nog wat na, in de wasbak. Het uit de kluiten gewassen treinkaartje lijkt op een vliegticket, maar dat is meteen ook de enige vergelijking die je met vliegen mag maken, „want je stoot als treinpassagier 80 procent minder CO2 uit dan met een vergelijkbare vlucht”, licht Mike Cooper stellig toe, CEO van Eurostar, vlak voor de ‘aftrap’. Hij noemt deze nieuwe verbinding ‘a collective effort’ van zowel meerdere landen als spoorvervoerders, „iets om te vieren, dit is een belangrijke vooruitgang voor de hogesnelheidstrein en biedt reizigers een comfortabel en milieuvriendelijk alternatief voor vliegen.”
Je m’appelle Jan
In de coupé zijn zo’n beetje alle gaten gevuld met laders van laptops en telefoons, EurostarTrainsWIFI werkt als een trein. Achter de ene laptop laadt ANP-fotograaf Lex van Lieshout zijn eerste geschoten foto’s op, naast hem werkt een journalist van een landelijke krant alvast haar eerste aantekeningen uit. „We gaan achteruit”, constateert Lex, die liever vooruit kijkt, wanneer de trein in beweging komt. Tijd om daar bij stil te staan, of zitten in de comfortabele stoelen die wel wat weghebben van een massagestoel, maar dan zonder trilling, is er niet. ,,Mijn naam is Jan. My name is Jan. Je m’appelle Jan”, klinkt de opgewekte stem van „uw trainmanager” door de speakers. Een vriendelijk welkom volgt, wederom in drie talen en niet veel later loopt hij langs. Zijn stem past bij zijn voorkomen: trainmanager Jan Zadelaar heeft er zicht- en hoorbaar zin in. „Een bijzondere mijlpaal in de treinreisgeschiedenis, waardoor Amsterdam en Londen nog meer met elkaar worden verbonden”, zegt hij bijna plechtig. Om zijn nek bungelt een geel keycord, op zijn gezicht prijkt een grote lach, die er conform zijn trainmanagersmotto ‘altijd blijven lachen’ – en submotto ‘wat je uitstraalt, krijg je terug’ – de hele reis op blijft. „Ja, tenzij we heel erg vast komen te staan natuurlijk, dan baal ik ook wel.” Maar dat gebeurt allesbehalve. De trein zoeft verder, Jan blijft lachen.
Grapefruit
„Wilt u een nat warm doekje?” Een alleraardigste dame toont een witte rol in haar knijper. Ik wrijf het over m’n gezicht. „Is voor je handen, hoor”, hoor ik een blogster achter me zeggen. Maar Lex vindt van niet, „lekker gebruiken voor wat je maar wil.” Iets later wordt het ontbijt geserveerd. Keuze uit warm en Engels, of koud en gezond. Er wordt wat gebakkeleid over de grapefruitschijven en dat je die „absoluut niet” met cholesteroltabletten mag gebruiken, om stipt twaalf over tien wordt de champagne geschonken, want deze allereerste rit moet worden gevierd, begeleid door een kaasplankje, waardoor de coupé plotsklaps riekt naar Frankrijk. Het zijn allemaal services van hun first class, die hier business premier heet. Buiten trekt het Vlaamse landschap voorbij in hogesnelheidslijnvaart en terwijl medewerker Simon de glazen bijvult, kan iemand het niet laten om tevreden vast te stellen dat ze zich een echte Eurostar voelt. Guilty.
Vier uur na vertrek rijdt de gele trein binnen op St. Pancras Station, hartje centrum. De majestueuze stationsklok geeft de tijd aan. Acht over elf, wijzen de wijzers die met een beetje fantasie een lachend gezichtje vormen. I want my time with you, staat er toepasselijk onder in roze sierlijke neonletters. Ik ben in Londen, en het is nog niet eens lunchtijd.
Bachelors
Ze heeft kort, maar goed geslapen, en er is zeker nog over treinen gedroomd, „maar dat doe ik natuurlijk elke nacht.” Heike Kuilen is directeur NS International waar Eurostar onder valt. Ze hebben met z’n allen reikhalzend naar dit moment uitgekeken, vertelt ze, „Het heeft best even geduurd voordat we zekerheid kregen dat het vierlandenverdrag tot stand zou komen. Dat is nodig om te paspoortcontroles uit te voeren.” Als vervoerder waren ze er al langer klaar voor, maar de vraag waarom het dan toch nog zo lang heeft geduurd, vindt ze lastig om te beantwoorden. „De veiligheid wordt in elk geval door alle landen uitermate serieus genomen, daar zit veel werk- en denkkracht achter.” De verwachtingen zijn positief, ook omdat sinds de start van Eurostar in 2018 al een half miljoen reizigers de trein wisten te vinden. En binnenkort inderdaad nog meer Engelse bachelors in Amsterdam, beaamt ze, want de verwachting is dat zowel veel Nederlanders naar Engeland gaan treinreizen als vice versa, zowel zakenmensen als toeristen. „Voor beide kanten is het heel aantrekkelijk, het gaat zeker weten goed gevulde treinen opleveren.” De ticketverkoop voor reizen vanuit Amsterdam en vanuit Rotterdam start op 11 februari met tickets vanaf 40 euro.