Metro-stelling: ‘Vuurwerk afsteken is een achterlijke traditie’
Voor het tweede jaar op rij hebben we rondom oud en nieuw te maken met een vuurwerkverbod. Een permanent verbod hangt in de lucht, gekeken naar het aantal slachtoffers dat vuurwerk veroorzaakt en bijvoorbeeld ook de milieuschade. Voor de redactie reden om de stelling ‘vuurwerk afsteken is een achterlijke traditie’ voor te legen aan het Metro-panel.
Dit keer de beurt aan oogarts Tjeerd de Faber, filosoof Daan Roovers en voormalig directeur van het Nederlands Centrum voor Volkscultuur en Immaterieel Erfgoed Ineke Strouken.
De experts uit het Metro-panel:
‘Zelf vuurwerk afsteken is geen achterlijke, maar een achterhaalde traditie’
„Ik zou de stelling willen herformuleren: zelf vuurwerk afsteken is een achterhaalde traditie. Dat is wat subtieler geformuleerd. Je kunt namelijk niet zomaar zeggen dat mensen die vuurwerk afsteken achterlijk zijn, net zomin je dat kunt zeggen tegen mensen die door eigen of andermans vuurwerk een oog kwijtraken. Vuurwerk afsteken is een aantal jaar geleden op een lijst van immaterieel erfgoed gekomen, maar dan zeg ik: vuurwerk is eigenlijk immaterieel bederfgoed van een heel mooi feest.
Als medicus kan ik alleen maar pleiten voor een verbod op consumentenvuurwerk. Ik heb honderden patiënten gezien met vuurwerkletsels en honderden ogen blind zien worden in de afgelopen dertien jaar dat we dit landelijk bijhouden. Vuurwerk is een van de allermooiste dingen die je ogen kunnen zien, maar het moet niet het laatste zijn dat je kunt zien. Dat laatste maak ik toch te vaak mee in de Nieuwjaarsnacht.
Een jaar geleden hadden we ook een vuurwerkverbod en dat maakte oogheelkundig gezien enorm veel verschil: we hebben 75 procent minder oogletsels gezien. Als je een medisch experiment zou doen en je ziet dat je met een vuurwerkverbod en een samenscholingsverbod rondom oud en nieuw 75 procent minder letsel krijgt, dan zou het nooit door de medisch-ethische commissie komen om hetgeen dat het leed veroorzaakt – vuurwerk – weer te herintroduceren. Dat kun je niet maken, zullen ze dan zeggen.”
‘Kom maar eens een nacht meekijken naar al die gewonden, dan piep je wel anders’
„We moeten dan ook gauw stoppen met consumentenvuurwerk. En dan heb ik een aantal bekende argumenten nog niet eens genoemd: het leed van huisdieren, milieuschade en vuurwerkgeweld tegen hulpverleners. Het probleem zou Europees aangepakt moeten worden. Zolang je in Baarle-Hertog ondanks een Nederlands verbod op het afsteken, bezitten, transporten en verkopen van consumentenvuurwerk nog gewoon vuurwerk kunt kopen, werkt het niet echt goed. Op het vaak gehoorde argument tegen een vuurwerkverbod, namelijk betutteling, zeg ik: kom maar eens een nacht meekijken naar al die gewonden, dan piep je wel anders.
Professionele vuurwerkshows vind ik een mooi alternatief voor het zelf afsteken van vuurwerk, want het hoort toch een beetje bij oud en nieuw. Consumentenvuurwerk is iets waar we langzaam vanaf komen, uiteindelijk is het niet te handhaven, net als roken in restaurants en cafés. Dat is in een paar jaar ook omgedraaid. Wat dat betreft is het wachten op een mentaliteitsverandering die er wat mij betreft steeds meer aankomt.”
‘Vuurwerkdiscussie doet de vlam snel in de pan slaan’
„Ik zou niet zo snel voor deze formulering kiezen, maar ik ben geen voorstander van het zelf afsteken van vuurwerk. Ter gelegenheid van een feest vuurwerk professioneel laten afsteken is gewoon heel feestelijk, en dat gebeurt dan ook in de meeste landen. Maar zelf afsteken vind ik te riskant, omdat er veel onnodige slachtoffers bij vallen en het agressie tegenover mensen, dieren en hulpverleners uitlokt. Daarnaast zijn er nog allerlei redenen te noemen, zoals de milieuschade en de onrust door al dat geknal in de laatste dagen van het jaar. Van mij mag de politiek snel tot een permanent verbod op het zelf afsteken van vuurwerk beslissen.
Het interessante aan de discussie rondom vuurwerk is dat het, net als bijvoorbeeld Zwarte Piet, snel de vlam in de pan doet slaan. Dit soort onderwerpen verdelen onze samenleving heel snel in voor- en tegenstanders. Dat is met veel onderwerpen zo, maar bij een aantal onderwerpen ligt het extra gevoelig, en die hebben te maken met traditie en identiteit. Heel snel trekken mensen de identiteitskaart, zo van: zelf vuurwerk afsteken hoort bij Nederland en daar zijn we trots op. Je kunt laten zien dat vuurwerk een vrij recente traditie is en ook niet uit Nederland komt, maar vaak zijn mensen in dit debat niet zo ontvankelijk voor argumenten. Dat staat een zakelijke afweging in de weg. Het gaat veel meer om het tegen over elkaar plaatsen van identiteiten. Alsof je met een vuurwerkverbod iets essentieels uit de Nederlandse samenleving zou weghalen.”
‘Politiek weigert positie te kiezen in omstreden kwesties’
„De kwestie vuurwerk is exemplarisch voor hoe de politiek de laatste jaren besluiten neemt. Medio november zei het kabinet nog dat er dit jaar geen vuurwerkverbod nodig is. Iedereen vond dat raar, want we zitten met ongeveer dezelfde situatie als vorig jaar. Daarop stuurden de burgemeesters een brandbrief. Het besluit om geen vuurwerkverbod in te stellen, werd door de landelijke politiek snel weer teruggedraaid, maar eigenlijk wilde Den Haag helemaal geen beslissing nemen. Door het uitstellen van een beslissing leg je de hete aardappel bij iemand anders neer en krijg je de polarisatie in de samenleving erbij cadeau.
Ook in het geval van het klimaat en de coronavaccinaties zie je dat de politiek weigert om positie te kiezen in omstreden kwesties. Ze laten het liever over aan de samenleving, die het dan maar moet uitknokken. Als de politiek gewoon op tijd zegt: er komt dit jaar een vuurwerkverbod, dan kunnen de winkeliers zich daar op voorbereiden. En als de politiek zegt: mondkapjes zijn verplicht, dan voegen de meeste mensen zich wel. Maar in Nederland hebben we er eerst maanden over gepraat, waardoor iedereen al een soort van geharnaste opvatting had.”
‘Zelf vuurwerk afsteken is in Nederland niet zo’n oude traditie’
„Dit is een gevoelig onderwerp. Als ik zeg: van mij mag vuurwerk worden afgeschaft, krijg ik de ene helft over me heen. Zeg ik dat ik het een mooie traditie vind, dan krijg ik de andere helft over me heen. Twee groepen staan hier lijnrecht tegenover elkaar. Een traditie is natuurlijk nooit achterlijk, want tradities hebben ook een functie en zijn onderdeel van een cultuur die van generatie op generatie wordt doorgegeven.
Vuurwerk is al heel oud en komt uit China. In Nederland zijn er vanaf de zeventiende eeuw vuurwerkshows geweest. Maar het zelf zo massaal vuurwerk afsteken is eigenlijk pas gekomen toen de eerste Chinezen naar Nederland kwamen, maar vooral ook toen de Indische Nederlanders hier naartoe kwamen, die het ook weer hadden geleerd van de Chinezen. Dat massale en het zelf afsteken is pas traditie sinds de jaren zestig, zeventig. Daarvoor had je bijvoorbeeld wel sterretjes of stak je een rotje af, maar het is in Nederland dus niet zo’n oude traditie.
Als je kijkt naar de functie van vuurwerk: we hebben behoefte om een oude periode af te sluiten en een nieuwe periode te verwelkomen. Dat doen we al heel lang door lawaai te maken. In de lucht schieten bijvoorbeeld, of op potten en pannen slaan. En niet alleen met oud en nieuw, we kennen bijvoorbeeld ook het ‘losschieten’ van de bruid met carbidschieten.”
‘Het is noodzakelijk om veilig vuurwerk te ontwikkelen’
„Zelf vind ik vuurwerk erg mooi, al heb ik er nog nooit een cent aan uitgegeven. Ik kijk er wel naar, vind het altijd spannend en heb het vorig jaar ook echt gemist. Waar ik tegen ben is onveilig vuurwerk. Ik woon in het zuiden en er wordt hier heel wat illegaal vuurwerk van over de grens gehaald. Daar ben ik faliekant tegen. Niet iedereen hoeft het eens te zijn met tradities, het gaat erom dat mensen het willen doorgeven aan volgende generaties. Maar daarvoor is het wel noodzakelijk om veilig vuurwerk te ontwikkelen, dat minder hard knalt en ook minder slecht is voor je longen, met al die rook die je binnenkrijgt.
Tradities komen op en verdwijnen weer. Ze kenmerken zich door hun dynamische karakter, dat ze meeveranderen met de tijd en dat niet iedereen hetzelfde over ze denkt. Ze kunnen ook schuren, dat hoort erbij. Maar als er veilig vuurwerk zou zijn dat kleurig is en niet te hard knalt, denk ik dat niemand nog voor een permanent vuurwerkverbod is.”
Iedere week leggen we een breed scala aan panelleden uit het Metro-panel een stelling voor die inhaakt op de actualiteit. Iedere keer kun je uiteenlopende meningen, interessante quotes en onderbouwde standpunten vinden op metronieuws.nl/metro-panel.
Metro-stelling: ‘2021 is een jaar dat snel de prullenbak in mag’