Laurens Bluekens
Laurens Bluekens Metro-panel 11 nov 2021
Leestijd: 7 minuten

Metro-stelling: ‘Nederland doet genoeg om de opwarming van de aarde te beperken’

Terwijl er vorige week zo’n 20.000 betogers meeliepen in Den Haag in een mars tegen het coronabeleid, beloofde Nederland op de klimaattop van Glasgow de overheidssteun aan fossiele brandstofprojecten stop te zetten. Doet Nederland genoeg om de opwarming van de aarde te beperken? Daar draait het Metro-panel van deze week om.

Chemicus, wetenschapsjournalist en columnist bij EW Simon Rozendaal, klimaatpsycholoog verbonden aan de Technische Universiteit Delft Gerdien de Vries en wetenschappelijk onderzoeker klimaat, lucht en energie bij het Planbureau voor de Leefomgeving en hoogleraar mondiale milieuproblematiek aan de Universiteit van Utrecht Detlef van Vuuren gaan in op de stelling ‘Nederland doet genoeg om de opwarming van de aarde te beperken.’

De experts uit het Metro-panel:

‘Nederland is met de verkeerde dingen bezig’

Simon Rozendaal

Simon Rozendaal

Chemicus, wetenschapsjournalist, columnist bij EW en schrijver Warme aarde, koel hoofd – kanttekeningen bij de energietransitie

„Ik denk niet dat Nederland genoeg doet. In de eerste plaats moet je de kanttekening maken of het überhaupt wel lukt om de opwarming terug te dringen. Als je kijkt wat voor maatregelen daarvoor nodig zijn, is Nederland met de verkeerde dingen bezig. We zetten sterk in op zon, wind en biomassa, maar dat zet niet genoeg zoden aan de dijk. Je krijgt de CO2-uitstoot daar niet substantieel mee omlaag. We proberen ook van het gas af te gaan, maar dat zou op dit moment niet de hoogste prioriteit moeten hebben.

Nederland zou net als Frankrijk voorop moeten lopen met een pleidooi voor kerncentrales. Als je de CO2-uitstoot serieus wil verlagen, moeten er zo snel mogelijk meer kerncentrales komen. Nederlandse bewindslieden bewijzen af en toe lippendienst aan het atoom, maar het gaat erg traag. Ook op het vlak van bomen en bos doen we het slecht. Nederland heeft per hoofd van de bevolking zo’n beetje de minste bomen van Europa. Bomen zijn weliswaar geen definitieve oplossing voor het klimaatprobleem, maar ze kunnen de temperatuurstijging wel een tijdje beteugelen. Nederland zou veel actiever moeten zijn in het planten van bomen en in het voorkomen dat bomen worden gekapt.”

‘Paniek en alarmisme verspreid op klimaatconferenties’

„Nederland zou daarnaast meer moeten investeren in onderzoek en ontwikkeling, research & development. Op dit moment kunnen we het klimaatprobleem niet goed aanpakken omdat we niet de juiste technieken hebben. Slimme mensen bij universiteiten en bedrijven zouden meer gestimuleerd moeten worden om met innovaties te komen, zoals betere technieken om stroom op te slaan, veiliger kernenergie en manieren om CO2 uit de lucht te halen. Als je CO2 uit de lucht kan omzetten in brandstof, ben je op een verstandige manier bezig. Alleen kan dat nu nog niet met voldoende efficiëntie.

Overigens ben ik geen groot liefhebber van klimaatconferenties. Er wordt een hoop paniek en alarmisme verspreid. Dat leidt ertoe dat alles wordt gezet op die paar mogelijkheden die we nu hebben: zon, wind en biomassa. De kans is groot dat dit meer kapotmaakt dan ons lief is. Deskundigen op het gebied van energietransities constateren dat zoiets al gauw een eeuw duurt. Ik zou dus zeggen: haal de horizon naar achteren, houd rekening met de mogelijkheid dat de energietransitie weleens tot 2100 kan duren. Dan heb je opeens de ruimte, de tijd en het geld voor het ontwikkelen van nieuwe technieken.”

‘Net als beginnen met sporten of lijnen is het lastig om je gedag zomaar te verduurzamen’

Gerdien de Vries

Gerdien de Vries

Klimaatpsycholoog verbonden aan de Technische Universiteit Delft

„Ik kan niet goed inschatten of de politiek genoeg doet om de opwarming van de aarde te beperken. Als ik naar individuen kijk, zijn er in Nederland veel mensen die hun gedrag op verschillende vlakken willen aanpassen om duurzamer te worden. Al zijn er ook een hele hoop Nederlanders die hun gedrag niet willen aanpassen, als ik een recent stuk in The Guardian mag geloven. Voor de mensen die hun gedrag wél willen aanpassen zit er vaak een gat tussen die wens en om daadwerkelijk ook tot actie over te gaan.

Mijn onderzoek richt zich op welke barrières mensen ervaren in hun transitie naar groen gedrag. Als een persoon weet welke obstakels er zijn, is het ook makkelijker om het op te lossen. Een barrière waar ik erg geïnteresseerd in ben, is dat mensen veel gedoe verwachten als ze duurzamer gaan leven. Ze zien er tegenop om hun gedrag aan te passen omdat het inbreuk doet op hun comfortabele routine. Een voorbeeld: je kunt wel het voornemen hebben om je auto wat vaker te laten staan en in plaats daarvan met de fiets naar het werk te gaan, maar als het regent of als je weet dat de fietstocht twee keer zo lang duurt dan de rit in de auto, dan zul je misschien toch weer gewoon de auto pakken.

Net als beginnen met sporten of lijnen is het lastig om je gedrag zomaar te verduurzamen. In dat opzicht is het goed dat er veel mensen nadenken over manieren waarop ze met hun eigen levensstijl kunnen bijdragen aan een duurzamere wereld. De hele campagne van de overheid – iedereen doet wat – spelt daar ook op in.”

‘Ongeziene barrières kunnen tot onbegrip leiden’

„Barrières tot een duurzamere levensstijl zijn voor iedereen anders. Mensen kunnen bijvoorbeeld ook een financiële of technische barrière ervaren. Misschien wil je wel zonnepanelen op je huis hebben, maar is je woning daarvoor niet geschikt of heb je er geen geld voor. Politici hebben rekening te houden met verkiezingsbeloftes die ze hebben gedaan, met hun achterban en met de partijen waarmee ze om de tafel moeten. Het kan dus best zijn dat een politicus als individu groen wil zijn, maar dat als politicus en met zijn partij minder makkelijk kan realiseren.

Omdat het voor burgers soms moeilijk te zien is met welke barrières politici te maken hebben, kan dat tot onbegrip leiden. Pas als je in gesprek gaat, kun je elkaars beweegredenen helemaal begrijpen. Daarom vind ik het ook goed dat er nu veel meer over klimaatverandering en duurzaamheid wordt geschreven dan een paar jaar geleden. De overwegingen die politici moeten maken, worden daardoor veel inzichtelijker.”

‘Eigenlijk doet de hele wereld niet genoeg’

Detlef van Vuuren

Detlef van Vuuren

Wetenschappelijk onderzoeker klimaat, lucht en energie bij het Planbureau voor de Leefomgeving en hoogleraar mondiale milieuproblematiek Universiteit Utrecht

„Niet alleen Nederland doet niet genoeg, eigenlijk doet de hele wereld niet genoeg. Wil je onder een opwarming van twee graden blijven, of daar ruimer onder, dan zullen de emissies teruggebracht moeten worden naar een pad waarop je ongeveer op nul uitkomt in het midden van de eeuw. Idealiter betekent dit dat in 2030 een derde tot de helft van de CO2-uitstoot er al af moet zijn. Maar met alle beloftes zijn we op dit moment wereldwijd bezig met een stabilisatie van de uitstoot. Als je kijkt wat er daadwerkelijk in beleid is vertaald, dan is dat zelfs nog een stukje minder.

Als je Nederland in de afgelopen jaren vergeleek met andere landen in Europa, dan deden we het zeker niet goed. Dat is nu wel aan het veranderen. We hebben met de klimaatafspraken wel degelijk een ambitie om emissies flink te reduceren. En de laatste jaren zijn die ook al omlaag gegaan. Maar het tempo zal nog meer omhoog moeten. We zijn pas net aan deze weg begonnen, maar we moeten veel meer gaan doen om terug te gaan naar nul emissies. Het streven om onze emissies rond 2030 te halveren is al een aardig eind de goede kant op, maar belangrijk is ook het uitzicht naar nul emissies daarna.”

‘Sterk inzetten op energiebesparing’

„Europa en Nederland zijn rijke landen met een grotere historische verantwoordelijkheid voor het probleem, en met ook meer mogelijkheden voor emissiereductie dan sommige andere landen. Voor landen als India met veel lagere emissies per hoofd, veel meer armoede en een grotere groei, zal het nog veel moeilijker zijn om in 2050 uit te komen op nul emissies. Als zij dus later zijn, betekent dit automatisch dat andere landen eerder moeten zijn. Dan kom je dus in de sfeer van hoe je je eigen verantwoordelijkheid beoordeelt. Het wereldgemiddelde voor geen emissies is 2050, daar zou Nederland iets voor moeten zitten, zou je zeggen.

We moeten in ieder geval sterk inzetten op energiebesparing – hoewel dit in praktijk soms lastig te implementeren is. Naarmate de energievraag oploopt, hoe moeilijker het wordt daar aan de aanbodzijde meer tegenover te zetten. Energie uit zon en wind liggen daar op dit moment erg voor de hand, omdat de kosten daarvan de afgelopen tien jaar enorm zijn gedaald. Op dit moment zijn die energiebronnen net zo competitief als fossiele brandstoffen en stukken goedkoper dan bijvoorbeeld nucleaire energie.”

Elke week leggen we een breed scala aan panelleden uit het Metro-panel een stelling voor die inhaakt op de actualiteit. Iedere keer kun je uiteenlopende meningen, interessante quotes en onderbouwde standpunten vinden op metronieuws.nl/metro-panel.

Metro-stelling: ‘Nederland staat internationaal voor schut met het coronabeleid’

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.