WiFi in het vliegtuig: Duur, lastig en complex
WiFi in de trein. Het is bepaald niet het meest technische hoogstandje uit de geschiedenis te noemen. Het volgende project is natuurlijk WiFi in het vliegtuig, maar dat is een nog stuk lastigere operatie.
Dit heeft voornamelijk te maken met Boeing en Airbus. De twee grootste producenten ter wereld van passagiersvliegtuigen bouwen hun toestellen zo dat het vaak lastig is voor luchtvaartmaatschappijen om er een goede WiFi-antenne te plaatsen.
Grote puist
De antenne zou een soort grote puist op het toestel vormen. „Maar dan op de bovenkant van de romp”, zo licht luchtvaartdeskundige Joris Melkert van de TU Delft toe tegenover de NOS. „De antenne is een fors apparaat van 1 bij 2 meter. Het installeren is een hele operatie.”
„Airbus heeft geprobeerd de wifi-antenne aan de achterkant van de A330 te plaatsen, maar dat is mislukt", vervolgt Melkert. „Het blijkt dat je zo’n pukkel niet zomaar op een ouder vliegtuig kan plaatsen, zonder dat de andere 26 antennes er last van hebben."
De-icing fluid
Ook vanwege de anti-vriesvloeistof is WiFi lastig te installeren op een vliegtuig. „Dat spul heet de-icing fluid en wordt gebruikt wanneer er kans is op ijsvorming op het vliegtuig. Vorig jaar bleek dat bij sommige vliegtuigen van Boeing, onder meer bij een toestel van Delta Airlines, deze vloeistof onder de overkapping van de antenne begon te lekken.”
Daarbij maakt de complexiteit van de installatie alles ook nog eens enorm duur. „Een vliegtuig moet om een wifi-antenne te installeren drie dagen aan de grond blijven. Dat gaat niet om een paar tientjes, maar al snel om honderdduizenden euro’s."
Oftewel, het lijkt er op dat we het in de lucht voorlopig nog zonder (goed) internet moeten doen.