Julia Osendarp
Julia Osendarp Opvoeding 6 sep 2024
Leestijd: 4 minuten

‘Hoe was het op school?’ Volgens deze psychotherapeut kun je beter voor één van deze vragen kiezen

‘Hoe was het op school?’ Die vraag kreeg je vroeger vast en zeker van je vader of moeder. En als je zelf ouder bent, zit de kans er dik in dat je deze vraag ook aan jouw kind stelt. Maar volgens psychotherapeut Amy Morin kun je beter deze tien andere soort vragen aan je kind stellen tijdens een gesprek.

Ouders doen hun uiterste best om een kind warm en veilig op te voeden. Maar opvoed-advies hier en daar is best raadzaam. Bijvoorbeeld hoe je bij kinderen moet omgaan met telefoon- of social media-gebruik. Of hoe je het beste met pubers omgaat? En wat dacht je van deze tips om met verwend gedrag om te gaan?

Psychotherapeut oppert alternatieven in plaats van ‘Hoe was het op school?’

Amy Morin is psychotherapeut en schreef het boek 13 Things Mentally Strong Parents Don’t Do. Ze legt aan Psychology Today uit dat ‘hoe was het op school?’ een verleidelijke vraag is voor ouders. Maar de kans is groot dat je een antwoord krijgt als: ‘Stom’, ‘leuk’, ‘prima’.

Toch wil je als ouder graag weten hoe het met je kind gaat, waar hij of zij mee bezig is en wat er speelt. Daarom somt ze tien vragen op die je kunt stellen, ik plaats van de ‘hoe was het op school’-vraag.

10 vragen om aan je kind te stellen

1. ‘Wat was het leukste van de dag?’

In plaats van de ‘standaard’ schoolzaken te benoemen, kan een kind bij een vraag als deze zelf kiezen wat een hoogtepunt was. Daarnaast leert een kind zo ook dat er altijd iets positiefs op een dag gebeurt. Ook gaat het slechts om wat er in de broodtrommel zat.

2. ‘Ben je door iets verrast vandaag?’

Met deze vraag kijkt een kind wellicht met een andere blik terug op de dag. En krijg jij een leuk, grappig of interessant detail te horen dat hij of zij anders al was vergeten.

3. ‘Op wie ben je trots vandaag?’

Door te vragen op wie een kind trots is, stimuleer je de sociale vaardigheden. Zo ziet een kind zijn of haar klasgenoten of vriendjes niet als concurrent, maar als mensen die zij mogen aanmoedigen.

4. ‘Wanneer was je trots op jezelf vandaag?’

Vier samen prestaties, overwinningen of succesjes. Ook al zijn ze nog zo klein. Samen terugblikken op een moment dat een kind dapper, lief, behulpzaam of vriendelijk was, stimuleert het zelfvertrouwen en positief gedrag.

5. ‘Wat zou vandaag nog beter hebben gemaakt?’

Een kind kan frustratie, uitdagingen of andere moeilijkheden uiten na deze vraag. En wellicht krijg je als ouder te horen dat een kind een beetje meer steun of hulp nodig heeft. Je kunt samen over oplossingen nadenken en bespreken wat een kind wellicht kan doen of veranderen.

6. ‘Wat wast het meest interessante dat je vandaag geleerd hebt?’

Je hoeft niet naar een specifiek schoolvak of specifieke toets te vragen. Met deze vraag geef je een kind de vrijheid om zelf aan te geven waar zijn of haar interesses liggen.

7. ‘Wat heb je gedaan in de pauze?’

Je komt met deze vraag als ouder meer te weten over vriendschappen, samenwerken en spelen. Speelt jouw kind alleen? Doet het in teamverband mee met voetbal? Of praat het vriendjes of vriendinnetjes op het schoolplein? Het zegt veel over een kind.

8. ‘Tegen wie was je aardig vandaag?’

Ook voor een kind is het goed om te bedenken: ‘Tegen wie was ik aardig vandaag?’ Want het gaat in het leven niet alleen maar over prestaties en succes. We moeten ook leren vriendelijk en empatisch te kunnen zijn voor een ander.

9. ‘Wat zou je graag willen leren of proberen op school?’

Een muziekinstrument, een nieuw spel, andere vriendengroep of een andere rol? Met deze vraag moedig je als ouder je kind aan om ook nieuwe dingen te proberen.

10. ‘Is er vandaag iets misgegaan, waar je van hebt geleerd?’

Van fouten kun je leren en fouten maken mag. Normaliseer fouten, missers of misstappen en zie ze als leermomenten.

Gesprek tussen ouder en kind

Morin legt tot slot nog uit dat ook de gespreksvorm van belang is bij dit soort vragen. Ze tipt voor dit soort gesprekken dan ook: „Luister aandachtig, kies een goed moment om te praten (niet per se direct uit school), stel niet te veel vragen, vertel zelf ook over jouw dag, geef niet direct advies (laat het kind zelf ook meedenken) en voer dit soort gesprekken tijdens activiteiten, bijvoorbeeld tijdens het kleuren.”

Je hoeft volgens de psychotherapeut geen lange en diepe gesprekken met een kind te voeren over school. Zie het als een gesprek over de belevingswereld van een kind en alle gevoelens en gedachten die daarbij komen kijken.

Dilemma: ‘Ik ben bang dat de schoolvriend van mijn zoon thuis wordt verwaarloosd’

Dit vergroot de kans om gepest te worden op school, blijkt uit onderzoek

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.

Reacties