#234 ‘Je hebt al genoeg kapotgemaakt tussen ons, Maud’
Maud is, ondanks dat ze enorm twijfelt over haar relatie, toch met Tommy meegegaan naar Dubai. Het nieuwe jaar is nog geen uur begonnen of Tommy en Maud krijgen knallende ruzie, waarna hij verdwijnt. Maud ziet hem pas weer in de lobby van het hotel op de dag dat ze vertrekken. Als ze op het vliegveld vraagt om te praten, barst opnieuw de bom. „Dit gaat niet werken Maud. Ik zal het dan veel makkelijker voor je maken. Ik maak het uit!”, schreeuwt Tommy haar toe.
Vijf minuten voordat we het vliegtuig instappen, maakt Tommy het gewoon uit. Ik weet niet wat ik moet doen! Het liefst ren ik weg, weg van het vliegtuig, weg van deze ontzettend klote situatie. Ik heb frisse lucht nodig, ook al is het in Dubai buiten bloedheet. Maar ik kan nergens heen, ik kan me niet eens verstoppen op de wc om even flink hard te huilen. Binnen een paar minuten sluit het boarden en het laatste wat ik wil is naast liefdesverdriet ook nog eens mijn vlucht missen.
Ik probeer met het beetje bereik dat ik nu nog heb Rochella en Jessie te sms’en. Het liefst zou ik een van mijn beste vriendinnen nu gewoon bellen, maar ik moet straks ruim zeven uur in het vliegtuig zitten zonder internet.
Geen idee hoe Tommy dit voor elkaar heeft gekregen, maar we zitten niet naast elkaar. Er zitten zo’n acht rijen tussen ons en dat is misschien maar beter ook. Elke keer als ik naar het toilet moet, loop ik langs zijn rij. Tommy lag gelukkig aan één stuk door te slapen, maar zelfs zonder oogcontact springen de tranen elke keer in mijn ogen als ik hem zie. Ik wil gewoon met hem praten en hem knuffelen. Hij voelt ineens als een vreemde.
Ik heb de hele vlucht gehuild en me sinds tijden niet zo eenzaam gevoeld. De stewardess is gelukkig erg lief, ze is al een paar keer extra zakdoekjes komen brengen en net kreeg ik een kaartje met wat chocola. Niet dat ik een hap door mijn keel krijg, maar het idee is lief. Ik blijf het gesprek, of nou ja, de ruzie met Tommy maar opnieuw afspelen in mijn hoofd. „Jij bent een egoïst!” Het erge is nog, ik weet dat ik hem geen ongelijk kan geven. Misschien was ik ook wel te veel met mezelf bezig. Maar Tommy wilde zoveel serieuze dingen en dat gevoel benauwde mij.
Het laatste halfuurtje moet ik toch in slaap gevallen zijn, want ik schrik wakker van de landing. Tommy is als een gek uit het vliegtuig gesprint, ik zie hem nergens. Als ik op mijn koffer sta te wachten, komt hij ineens naast mij staan. „Sorry Maud, sorry dat het zo moest, maar je hebt meer kapotgemaakt dan nodig was. Ik wil mezelf niet nog meer verdriet aandoen, dit is denk ik de beste keuze”, fluistert hij.
Als we naar de aankomsthal lopen, staat Jessie daar te wachten. „Ik ben nog nooit zo blij geweest om haar te zien. Wat een geluk.” Ik vertel Tommy dat ik de komende nachten bij Jessie slaap. „Dat lijkt me een goed idee, Maud.” Zijn kalme stem irriteert me, ik wil naar hem schreeuwen, maar tegelijkertijd wil ik hem ook vastpakken en wou ik dat ik die stomme Gio nooit had ontmoet. „Wat een kutzooi”, zeg ik kennelijk zo hard dat de vrouw naast me verbaasd opkijkt.
Ik heb nog steeds 1001 vragen, maar Tommy laat niets van zich horen. Eerst gaf hij mij nog de kans om mijn gevoelens voor Gio te onderzoeken, maar daar is hij toch van teruggekomen. Na een paar nachtjes bij Jessie wil ik eigenlijk naar huis, maar dat durf ik nog niet.
Op een of andere manier lijkt het mij een beter plan om naar mijn moeder te gaan. En er zit niets anders op dan de situatie aan haar uit te leggen. „Oh lieverd, wat een rotzooi zeg. Je hebt het jezelf ook wel moeilijk gemaakt he?”, zegt mijn moeder huilend. Maar ze vindt het ook vooral verschrikkelijk voor Tommy. „Het is zo’n goede jongen, ik dacht echt dat jullie samen oud zouden worden. Ik zag jullie toekomstige kindje al in de kinderwagen van Kai liggen. Maar goed, liefde kan je niet afdwingen en je moet altijd je gevoel volgen.”
De goedbedoelde adviezen van mijn moeder maken het niet per se beter en ik besluit een flink stuk te gaan hardlopen. Als ik hijgend de 7 kilometer bereik en mijn telefoon pak, zie ik dat ik word gebeld. Het nummer herken ik vaag ergens van. Het zal toch niet de politie zijn? Het laatste waar ik nu zin in heb, is om het gezeik van Cherry nog een keer te moeten uitleggen…