#88 ‘What the fuck doe jij in mijn telefoon Maud?!’
Maud’s huis is helemaal overhoop gehaald nadat ze Rochella de deur uit heeft gestuurd. Hoewel Jelle meteen denkt dat Rochella de boosdoener is, heeft Maud zo haar twijfels. Het zou ook kunnen dat Levi wederom bezig is geweest. Maud besluit om Rochella’s zus op te sporen en neemt contact met haar op. Zoë, de zus van Rochella, geeft aan dat ze al een tijdje geen contact meer met Rochella heeft gehad. Als Maud haar vertelt dat Rochella zwanger is, is ze dan ook vol verbazing en woede over het feit dat Levi de vader is. En dan zit Maud ook nog met het probleem genaamd Rosa: de mysterieuze dame die steeds in Jelle’s telefoon opduikt. Als Jelle naar de wc gaat kan Maud zichzelf niet bedwingen. Ze opent zijn telefoon en ziet op Instagram dat het laatste gesprek met Rosa nog geen uur geleden plaatsvond. Tijdens hun datenight! En net op het moment dat Maud „Wtf!” stamelt, komt Jelle binnenlopen. „Wat is er aan de hand?”
Ik kan mezelf niet meer bedwingen. Ken je dat, dat je weet dat het wellicht beter zou zijn om je mond te houden, maar je het gewoon niet voor elkaar krijgt. Rosa, Rosa, Rosa… de naam gonst door mijn hoofd als een zwerm boze bijen en ik ga die zwerm nu uitkotsen. „Wie the fuck is Rosa?!” zeg ik, totaal niet kalm en zen zoals sommige andere powervrouwen dat zouden doen, maar met een overslaande stem en een kop zo rood als het nummer van Marco Borsato.
Ik zie dat de blik van Jelle verandert, maar kan niet goed peilen wat zijn blik zegt. Is het boos, is het geschrokken? Hij grinnikt alsof hij wil zeggen „Whatever” en kijkt dan naar mijn handen, waar zijn telefoon nog in zit. Jelle’s blik verandert weer, maar deze keer kan ik het heel goed thuisbrengen: hij is boos.
„Wat the fuck doe jij in mijn telefoon Maud?” zegt hij met een kalme, maar duidelijk ziedende stem. Maar ik laat me niet kennen: „Dat maakt geen reet uit. Blijkbaar vind ik het nodig om in je telefoon te kijken, omdat dat mens overal opduikt en ik nog nooit ook maar één woord over haar gehoord heb van jou. Nou, zeg op! Wie is het?! Hoe ken je haar? En vooral, wat moet ze van jou?!”
Ik ben inmiddels veranderd in een hysterische vrouw. Ik kan er niets anders van maken. Ik voel me als een leeuwin die haar welpjes beschermt. Alleen nu is Jelle niet mijn welpje, maar mijn partner en… naja. Ingewikkeld, maar ik ben hysterisch in ieder geval. En – heel aantrekkelijk – terwijl ik met mijn rode kop sta te schreeuwen, stromen inmiddels de tranen ook nog eens over mijn wangen.
„Maud, dit slaat nergens op. Als je zo idioot gaat lopen doen dan praat ik helemaal niet met je”, zegt Jelle woest. Hij pakt zijn rugzak, trekt zijn jas aan en loopt mijn kamer uit. Ik besluit dat mijn hysterie nu toch al een levensverwoestende werking heeft gehad en storm als een doorgedraaide draak achter hem aan. „Kom terug!” schreeuw ik naar hem, terwijl hij buiten zijn fiets van het slot haalt. „Dahaag Maud!” schreeuwt Jelle woedend, terwijl hij zijn been over zijn fiets gooit en plaatsneemt. Binnen een mum van tijd is hij de hoek om.
De eerste tien minuten huil ik alleen maar. Dan probeer ik mezelf ter aarde te roepen. Misschien werd Jelle wel zo boos omdat er daadwerkelijk niets aan de hand is? Ik heb nog altijd niet kunnen lezen wat Rosa als laatste zei, omdat net op dat moment Jelle binnen kwam lopen. Het waren in ieder geval geen geile woorden die ik in het overzichtsscherm zag staan. Ik zag een haha, en de helft van een zin die ik niet kon thuisbrengen. Iets van: „Maar dat is toch…” Naja, dat kan dus van alles zijn. Als de tranen eindelijk zijn gestopt met druppelen bel ik Jessie. Zodra ik haar stem hoor begin ik echter meteen weer te huilen.
„Ik voel gewoon dat er iets aan de hand is met dat meisje Jes!” zeg ik jammerend aan de telefoon. Jessie doet precies wat een vriendin moet doen op zo’n moment: luisteren, geruststellen en een paar keer zeggen dat Jelle onredelijk is en dat ‘die Rosa gewoon op moet rotten’. Ik weet niet hoe ik Jelle kan benaderen. Ik heb hem eigenlijk nooit zo boos op mij gezien en vraag Jessie om advies. We besluiten samen dat ik hem een berichtje moet sturen waarin ik zeg dat ik even mezelf niet was. Dat ik gewoon bang ben om hem kwijt te raken. Ik tik het berichtje en stuur op verzenden.
Als ik op de home button klik, zie ik dat ik tijdens het bellen met Jessie een paar oproepen gemist heb. Huh, het is Zoë, merk ik verbaasd. Ik bel haar direct terug. Misschien weet ze toch iets over Rochella.
De telefoon gaat maar één keer over en Zoë neemt al op. „Maud, eindelijk krijg ik je te pakken”, zegt ze. Ik hoor duidelijk paniek in haar stem. „Ik heb je hulp nodig. Er is volgens mij iets heel ergs gebeurd!”