Erik Jonk
Erik Jonk Lifestyle 14 jul 2024
Leestijd: 11 minuten

Quinty’s strijd tegen depressies en annorexia ging langs meer dan 100 hulpverleners

Quinty Emilie ontmoette meer dan honderd hulpverleners uit de Jeugdzorg om haar te ‘helpen’ met zware problemen als depressiviteit en anorexia. Wie denkt dat Quinty bejaard is… zij is 23 jaar. Ondanks alles was zij toch in staat om een boek te schrijven, Het leven gaat niet over roze (de kleur bracht nog wat licht in haar leven). Zij praat met Metro over haar zware leven tot nu toe en over hulpverlening.

Dat laatste is wat Quinty betreft niet bepaald roze. Na het schrijven van haar boek hoopt ze dat beleidsmakers gaan inzien hoe het níet moet en dat er structureel iets moet veranderen. Of dat lukt is natuurlijk nog maar de vraag, maar dit voorjaar leverden haar 188 pagina’s in ieder geval een nominatie voor de publieksprijs Boekgoud op.

Na het lezen van Het leven gaat niet over roze durf je met Quinty Emilie aan de andere kant van de videoverbinding amper te vragen ‘hoe het met haar gaat’. Het is haar waarschijnlijk al duizenden keren gevraagd, altijd maar weer. Maar ze vindt het niet erg. „Ik vind dat niet stom hoor. Op dit moment gaat het wel goed eigenlijk en ben ik lekker creatief bezig.” Het afronden van het schrijven deed Quinty goed, net als haar tijd op een zorgmanege en ze geniet in de provincie Utrecht van een leuke woning voor zichzelf.

Quinty ging calorieën tellen

Quinty Emilie was als kind naar eigen zeggen een stuiterbal (ook in haar hoofd) met ADHD en iemand die alles goed wilde doen. Het leverde haar geen populariteit op, wel flink pestgedrag van andere leerlingen tot op de middelbare school aan toe. Het ging zelfs zover dat zij whatsapp’jes kreeg met teksten als ‘je moet geld geven, anders ga je dood’. De nepbedreigingen vielen haar (uiteraard) zwaar. Wat doet een onzekere tiener dan? Quinty was 14 en ging calorieën tellen. Dat gaf haar rust, maar als haar hoofd wel druk was, stelde ze vast dat de wereld waarschijnlijk beter af was zonder haar. Twee stemmen in datzelfde koppie schreeuwden continu tegen elkaar.

Een poging om uit het leven te stappen kwam er, als verlangen naar ultieme rust die er eigenlijk nooit meer was. Maar vaker zette Quinty maar door en dit dan onder het mom van ‘ik leef niet voor mezelf, maar om anderen geen pijn te doen. Na een verhuizing was ze nog eenzamer dan daarvoor („helemaal alleen”). „Ik was een kwetsbaar meisje dat nergens meer een fijne plek had.”

Het leidde van weglopen tot gedwongen opgenomen worden. Tot financiële stress, depressiviteit, anorexia, het gevoel altijd te falen en de terugkerende gedachten om er niet meer te willen zijn. Een lange weg volgde langs meer dan honderd hulpverleners in de Jeugdzorg, met slechts twee zeer positieve herinneringen (aan Lisa en Zoë, die voor Quinty helaas weer nieuwe stappen in hun carrières maakten). Lees daarvoor Het leven gaat niet over roze, een haast verstikkend verhaal. De zwaarste klap hebben we namelijk nog niet eens genoemd. Dat was een aanranding door een geliefd persoon, door iemand die Quinty eigenlijk als haar enige veilige haven zag.

‘Ik moest dit verhaal vertellen’

Of Quinty nou 100.000 boeken zou verkopen of niet zo veel, het maakt haar eigenlijk niet uit. „Ik wilde gewoon mijn verhaal vertellen, dat was mijn main. Dat ik het boek zou uitbrengen was nummer één en dat is gelukt.” Wat was het moment eigenlijk dat zij dacht: ik móet dit verhaal opschrijven en heb daar de kracht nu ook voor? „Vanaf de middelbare school schreef ik al en hield ik dagboeken bij, daar heb ik er héél veel van. In één van de dagboeken staat dat ik heel graag een boek wilde schrijven. Dat is me altijd een beetje bijgebleven en zo ging ik er langzamerhand en steeds meer mee aan de slag. Ik moet zeggen dat ik er uiteindelijk met tussenpozen wel 3,5 jaar serieus mee bezig ben geweest. Ja, het was een heel proces.”

Quinty vond het schrijven, het vormgeven en het verhaal als puzzelstukjes samenbrengen iets leuks om te doen, maar in de dagboeken kwam ze natuurlijk opnieuw de vele ellende die achter haar lag, tegen. „Toch was het ook een stukje heling voor mezelf. Ik zag hoe en waarom ik bij bepaalde situaties reageerde. Maar het was lastig hoor. Soms moest ik een middenweg vinden in welke dingen ik wel met de buitenwereld deelde en welke niet. Er waren ook dingen die voor mij inmiddels heel logisch zijn en anderen begrijpen dat misschien alleen in Jip en Janneke-taal. Dat was een zoektocht en betekende veel herschrijven. Terugkijkend is het echter toch vooral helend voor me geweest en het heeft nog geen slechte reacties opgeleverd.”

De aard van het beestje van Quinty

Met zo’n leven als Quinty tot nu toe heeft geleid (of heeft moeten leiden, vaak met lange ij), is die laatste toevoeging een beetje de aard van het beestje. „Ja, ik denk al snel ‘wat nou als mensen het niet leuk vinden?’ en ‘is mijn verhaal wel erg genoeg?'” Die slotvraag is, zo zal iedereen die Het leven gaat niet over roze leest beamen, totaal overbodig natuurlijk. Het verhaal van Quinty met een een ‘tocht’ langs die ruim honderd hulpverleners is veel erger dan erg, dat gun je niemand. Na het lezen Quinty al helemaal niet.

Quinty hulpverleners hulpverlening
Quinty trots met haar boek Het Leven Gaat Niet Over Roze. Foto: Saskia Ritzame

‘Duidelijk maken hoe het met Jeugdzorg gesteld is’

Ze hoopt met haar boek duidelijk te maken hoe het in de wereld van Jeugdzorg en de GGZ gesteld is. Dat er wachtlijsten zijn van soms meer dan een jaar. En dat een eerder verschenen rapport van de Rekenkamer echt geen kletspraat, maar juist hartverscheurend is. Daarin stond: ‘Op dit moment, drie jaar na de invoering van de nieuwe Jeugdwet, is er geen sprake van (of zicht op) structurele verbetering.’ Wat Quinty betreft moet iedereen dat weten.

„Ik vind wel dat je een boek in eerste instantie voor jezelf moet schrijven, maar ik schreef zeker ook met de achterliggende gedachte van ‘jongens, er moet nu écht iets veranderen’. Van generatie op generatie blijft het maar misgaan en dat is natuurlijk niet okay. Elke keer komen we dezelfde patronen weer tegen. Wachtlijsten worden langer, er is een tekort aan medewerkers, het systeem werkt niet en dat wordt telkens allemaal op de lange baan geschoven. Het frustreert enorm. Of er door mijn boek ook daadwerkelijk iets mee gebeurt… hmm, waarschijnlijk niet.”

Een zin in haar boek is treffend: „Het is alsof niemand die ik tegenkom me ziet. Ik ben onzichtbaar.”

Het verhaal van Quinty, niet haar mening

Quinty wilde dus aan de kaak stellen hoe het in haar geval helemaal – en vaak – misging, maar dit ook laten weten aan mensen die daar geen idee van hebben. „Mensen die niet weten wat er zich in de Jeugdzorg afspeelt, omdat zij er nog nooit mee te maken hebben gehad. Het is belangrijk dat zij dat ook weten, want wie weet krijgen zij er ooit wel mee te maken.” Als zij met haar verhaal langs bijvoorbeeld GGZ-instellingen zou ‘moeten’ gaan om daar te vertellen wat er allemaal heeft gespeeld, dan zou Quinty daar niet voor weglopen. „Daar ben ik niet zo bang voor. Mijn verhaal is namelijk niet mijn mening, het is wat me echt is overkomen.”

Als je het traject van Quinty en hulpverlening / Jeugdzorg in één woord zou moeten samenvatten, dan is ‘wachten’ wel op z’n plaats. Hoe moedeloos is zij daarover geweest, altijd maar dat wachten op een antwoord, op íets? „Ik ben iemand die altijd op zoek is naar structuur, dus ik probeerde altijd maar weer om naar een antwoord te vragen en dat ook te krijgen. Ik bleef altijd mijn best doen dat er iets zou gebeuren. Op heel veel momenten kreeg ik echter niets. Als ik de moedeloosheid moet omschrijven, dan denk ik dat ik dan stopte met vragen omdat ik wist: hier krijg ik geen antwoord op. Hulpverleners gaan me weer aan m’n lot overlaten. Ik noem dat… pijnlijk.”

‘Tijd maken om er voor iemand te kunnen zijn’

Als je van het goede van de mens uit gaat, zou je denken dat geen hulpverlener bewust aan haar lot heeft overgelaten en dat steeds maar weer. Quinty kan daar wel in meegaan, maar weet ook: „Als er in mijn casus, zo rond mijn 17e, maar één iemand was geweest die had gezegd ‘maar jongens, dit is helemaal niet okay, dit moet anders’, dan was het compleet anders verlopen. Maar er was niemand die dat dacht, niemand nam de verantwoordelijkheid. Niemand die zei: ‘Als we nu geen actie ondernemen, dan gaat het alleen maar slechter met haar’.

Dat ging het wel en je kunt niet van iemand die mentaal onstabiel is verwachten dat die het allemaal zelf wel even oplost. Ik zou aan hulpverleners heel graag willen meegeven dat het belangrijkste misschien wel is dat zij tijd maken om er voor iemand te kunnen zijn. Die tijd is er niet, neem ik aan.”

Als er één oorzaak voor de problemen van Quinty moet worden aangewezen, die voor een naar domino-effect in haar leven hebben gezorgd, dan is dat het pesten geweest. Gepest worden in WhatsApp-groepen, daardoor niet worden uitgenodigd op slaapfeestjes, eenzaamheid op school en niet in de kantine durven zitten in de pauze, een slecht zelfbeeld krijgen omdat iemand weer eens riep dat ze dik was, het kwam allemaal langs.

„En ik was al onzeker. Ik was het meisje in de klas dat altijd veel meer wilde leren dan de rest van de leerlingen.” Dyslexie vormde daarbij nog een probleem, want hoe leergierig en streberig ook, Quinty kreeg schoolopdrachten op de basisschool maar moeilijk op tijd klaar. In de brugklas van de middelbare school lukten de opdrachten wel, maar werd zij nog perfectionistischer, tot in het extreme aan toe. Het leverde haar helaas geen duimpjes omhoog van medeleerlingen op.

Quinty was volledig op

Uiteindelijk raakte Quinty in haar tienertijd een paar jaar lang volledig ‘op’, zowel mentaal als fysiek. En toch, als je Het leven gaat niet over roze leest, kwam ze op een of andere manier bijna elke dag haar bed uit. „Er waren genoeg dagen, als ik geen afspraak had, dat ik eenmaal uit bed de dag doorkwam met filmpjes kijken op mijn telefoon of wat schrijven. En heb ik ook een tijdje een hulpverlener gehad die me dan elke avond belde hoe het met me ging, dat was een fijne uitlaatklep.

Maar het ging ook naar dagen niet eten, wat niet heel verstandig is natuurlijk. Het werd een beetje een patroon. En als ik wel een afspraak had, dan hing het een beetje van de dagen af hoe het ging. Maar ja, de afspraken stelden vaak niet zoveel voor of er kwam niets nuttigs uit. En daar werd ik dan weer depressief van. Toen ik zo alleen op een kamer zat, heeft de hulpverlening me meer schade opgeleverd dan dat ik er iets aan had.”

Het kwam uiteindelijk, lees het boek over bijvoorbeeld de liefde voor het paard Sylvester, een soort van goed met Quinty. Niet helemaal, maar er kwam licht aan het einde van een hele lange donkere tunnel. Is zij nog bang voor een terugval of is Quinty nu sterk genoeg om door te kunnen zetten? „Ik denk daar weleens over na. Even afkloppen, maar ik denk dat een terugval niet meer hoeft te gebeuren. Ik heb meer veerkracht en hoop dat het nooit meer zo erg wordt als het is geweest. Al kan ik natuurlijk niet in de toekomst kijken. Ik heb nu eindelijk wat mensen om me heen, waarmee ik kan praten waarmee het dus roze is. En letterlijk ook veel roze in mijn huisje natuurlijk, dat vind ik fijn.”

Het leven gaat niet over roze is onder meer verkrijgbaar bij Bol.com.

Denk jij aan zelfdoding? Je bent niet alleen. Neem contact op met 113 Zelfmoordpreventie via www.113.nl of bel 113 (lokaal tarief) of 0800-0113 (gratis).

Toen Marloes dacht dat de zon weer zou schijnen, moest grootste verlies nog komen: ‘Missie gevonden’

Chamali had een postnatale depressie: ‘Heeft me ook veel gebracht’

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.

Reacties