Mirthe Diemel
Mirthe Diemel Lifestyle 12 apr 2024
Leestijd: 5 minuten

Opgebiecht: ‘Ik laat het contact met mijn oud-collega’s bewust doodbloeden’

Iedereen heeft weleens een geheim, een leugentje om bestwil, iets wat ze liever niet hardop zeggen. In Metro’s rubriek Opgebiecht durft een Metro-lezer dat toch te doen. Deze week: Gwen (39), die opbiecht dat ze geen zin heeft om met haar oud-collega’s af te spreken en het contact laat doodbloeden.

„Een carrièretijger ben ik eerlijk gezegd niet. Nooit geweest, ook. Dus toen ik vijf jaar geleden bij een middelgroot bedrijf kwam te werken, op de administratieafdeling, vond ik het wel best. Mijn baan was niet fantastisch, maar het verdiende prima en ik had goede arbeidsvoorwaarden, vakantiedagen en meer van zulks. Oh, en een paar collega’s met wie ik het op de werkvloer prima kon vinden.

Gemeenschappelijke deler

Met twee van die collega’s trok ik veel op in de pauzes en tijdens werkborrels. Janneke en Linda zijn van mijn leeftijd en zitten ook in de kleine kinderen, dus dan heb je al snel een gemeenschappelijke deler. Prima om de saaie werkdagen mee door te komen, maar eenmaal thuis kon ik datzelfde werk – plus mijn collega’s – ook meteen weer achter me laten. Daarbij waren Janneke en Linda wél nogal carrièregericht, dus op dat vlak voelde ik minder overeenkomsten. Al liet ik natuurlijk niet merken dat ik het puur voor de centen deed en het werk zelf totáál niet boeiend vond.

Maar goed, zoals dat tegenwoordig al snel gaat, voegden Janneke en Linda me toe aan een appgroepje. Daardoor kreeg ik ’s avonds kreeg ik nog geregeld berichtjes. Hartstikke leuk hoor, die anekdotes over hun kinderen die eindelijk op het potje plasten, of die Instagram-reels van een dansende papegaai, maar voor dat soort dingen moet je mij écht niet bellen. Ik vind die appgroepjes echt vreselijk, heb genoeg aan mijn eigen sociale leven. Maar goed, voor de vorm reageerde ik af en toe, maar grotendeels probeerde ik het zoveel mogelijk te negeren – zonder onaardig over te komen, want dat is wel een valkuil: ik ben een pleaser.

Reorganisatie

Eind vorig jaar veranderde er iets op het werk: er werd een reorganisatie aangekondigd. Voor mij betekende het dat ik boventallig was en er een vaststellingsovereenkomst moest worden opgesteld. Of ik baalde? Eerlijk gezegd niet. Zoals ik al aangaf was dit niet mijn droombaan, maar was ik zodanig ingesleten dat ik ook geen moeite deed elders te solliciteren – misschien was dit de welbekende schop onder mijn kont.

Maar voor Janneke en Linda betekende dit wel ongeveer het einde van hun leven. Hoeveel appjes ik wel niet heb gehad met klaagzangen over hoe rot de situatie was, of ze ooit nog wel zo’n leuke functie zouden vinden en hoe oneerlijk alles was. Nogmaals, ik ben een pleaser, dus ik probeerde een beetje mee te veren als ze om mijn mening vroegen, maar echt rouwig was ik er dus niet om.

Geen haast met solliciteren

Mijn laatste werkdag volgde in januari en sindsdien ben ik helemaal vrij – ik krijg nog een paar maanden doorbetaald, maar ben vrijgesteld van werk. Eerlijk? Ik vind het héérlijk. Kom eindelijk toe aan die eeuwige klusjes in huis – mijn zolder en garage zijn nog nooit zo opgeruimd geweest als nu. Natuurlijk moet ik ook gaan uitkijken naar een nieuwe baan, maar ik heb me voorgenomen om daar komende maanden rustig werk van te maken.

Ik heb geen haast en zodra de sollicitatieplicht komt, ga ik heus wel aan de bak. Ik vind het juist ook heerlijk dat ik nu wat meer tijd met de kinderen kan doorbrengen, er geen ochtendstress is en ik ze zelf uit school kan halen. Een voorrecht, toch?

Geen zin om af te spreken

Maar goed, ik zit dus nog wel in die appgroep met mijn – inmiddels – oud-collega’s, en die vinden het dus vreselijk dat ze zijn ontslagen. Vinden het thuiszitten helemaal niks, gooien LinkedIn vol met netwerk-oproepen en drinken elke week koffie met iemand anders. Prima natuurlijk, maar ze willen dus ook steeds met z’n drieën afspreken.

‘Volgende week lunch, dames?!’, stuurde Janneke laatst in de app. Had ik helemáál geen zin in. Waarom moet ik nog met deze vrouwen afspreken, we delen niks meer met elkaar, toch? Maar aangezien ik niet echt een excuus had en ik ergens ook wel benieuwd was hoe het ging, troffen we elkaar een week later. Prima dacht ik, dit was de laatste keer, nu echt door. 

Maar toen kreeg ik vorige week weer een appje: ‘Gwennie, we missen je zo, morgen koffie?’ Ik kreeg het meteen Spaans benauwd, maakte me er vanaf met een smoesje en legde mijn telefoon weg. Daar was ik goed vanaf gekomen, dacht ik. Kreeg ik gisteren opnieuw een appje voor een koffiedate! Maar ik heb er dus helemaal geen trek in om me nog langer met deze mensen bezig te houden. Hartstikke leuk om contact te hebben op de werkvloer, maar ik vind het al lastig genoeg om een sociaal leven bij te houden en een leuke moeder én partner te zijn. Bovendien zou ik nooit bevriend raken met Janneke en Linda in het echte leven.

Opgebiecht: contact laten doodbloeden

Maar ja, ik vind dat vrij hard om zo te zeggen – dat is ook mijn probleem, dat ik me daar iets van aantrek. Dus rek ik het tot nu toe met smoesjes. Om het hopelijk zo snel mogelijk te laten doodbloeden. Ik durf het niet op te biechten, want wil ook geen onaardig persoon zijn. Maar ik ben blij als ik écht een nieuwe baan heb en gewoon kan zeggen dat ik niet meer kan afspreken, omdat het werk me opslokt.”

Vanwege privacy in combinatie met gevoelige onderwerpen zijn de namen gefingeerd. De echte namen zijn bekend bij de redactie.

    Ook jouw verhaal delen? Meld je aan!

    De gegevens die je invult zijn alleen zichtbaar voor de redactie van Metro en zullen nooit worden gedeeld en/of ergens anders voor worden gebruikt.

    Opgebiecht: ‘Ik heb mijn huilende baby uitgescholden’

    Opgebiecht: ‘Mijn vriend weet niet dat ik stiekem een schoonmaakster inhuur voor ons huis’

    Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

    Het beste van Metro in je inbox 🌐

    Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.

    Reacties