Dingen die je nooit moet zeggen tegen een iemand die een miskraam heeft gehad
Een miskraam is een ontzettend ingrijpend verlies. Het kan soms ook moeilijk zijn om de juiste woorden te vinden als een vriendin of familielid door het verdriet van een miskraam gaat. Er zijn in ieder geval een aantal dingen die je niet(!) moet zeggen tegen een moeder in rouw…
Vraag maar aan Kaj Gorgels. Hij sprak gisteren open over de miskraam die hij doormaakt met zijn Jessie Jazz Vuijk. Wil je ook weten wat je juist wél kan doen om een dierbare die dit doormaakt te steunen? Dat kan je in dit artikel lezen.
Dit zeg je ab-so-luut niet tegen een moeder die een miskraam heeft gehad…
Zeg deze dingen dus liever niet…
1. ‘Je bent nog jong, dus je kan het opnieuw proberen’
Nee, ze wilde het niet opnieuw proberen. Ze wilde dit kindje – háár kindje – over een paar maanden in haar armen kunnen sluiten.
2. ‘Over een paar dagen zal je je beter voelen’
Het gaat hier niet om een griep. Het gaat hier om een moeder die haar kind is verloren.
3. ‘De kans op een miskraam in de eerste paar weken is ongeveer 22 procent, hè’
Dit mag misschien een feit zijn, maar feiten kunnen evengoed heel veel pijn doen.
4. ‘Een kennis van mij had vier miskramen en nu heeft ze twee gezonde kids!’
Dit bedoel je hoogstwaarschijnlijk goed, maar je vriendin, nicht of (schoon)zus zit nu niet te wachten op de zwangerschapsverhalen van jouw kennissen.
5. ‘Het was een vruchtje – nog geen ‘echte’ baby’
Don’t even go there.
6. ‘Je weet tenminste dat je wel zwanger kán raken’
Iedere uitspraak waar het woordje ‘tenminste’ in voorkomt, kan je überhaupt beter vermijden.
7. ‘Er zal vast iets mis zijn geweest met het kindje’
Zolang je niet haar verloskundige of gynaecoloog bent, is het niet aan jou om dit soort diagnoses te stellen.
8. ‘Het is in ieder geval vroeg in de zwangerschap gebeurd’
‘Het had nóóit moeten gebeuren’, is wat er op dit moment door het hoofd van de rouwende moeder gaat.
9. ‘Wees dankbaar voor de kinderen die je al hebt’
Daar gaat het totáál niet om in dit geval…
10. ‘Heb je misschien iets gedaan dat niet de bedoeling is?’
Een miskraam zorgt vaak al voor schuldgevoelens, zelfs als de moeder het verlies op geen enkele manier had kunnen voorkomen. En op deze manier maak je dat gevoel alleen maar groter.
11. ‘Je hebt op zich toch al genoeg kinderen?’
Het is niet aan jou om dit te bepalen. Al zou ze een huis vol kinderen willen…
12. ‘Nou, alles gebeurt met een reden…’
Zou je dit zeggen tegen iemand die bijvoorbeeld net zijn of haar moeder is verloren? Nee. En het gaat in dit geval óók om iemand die door een rouwproces heengaat.
13. ‘Een stilgeboorte was pas erg geweest’
Of je de baby in je armen, buik of gedachten had, het is en blijft een groot verlies.
Brenda’s pasgeboren zoontje kreeg het RS-virus: ‘Hij leek wel een lappenpop’