Lisa Vermeij
Lisa Vermeij Lifestyle 16 okt 2017
Leestijd: 6 minuten

Fotograaf Jimmy Nelson al 32 jaar op ontdekkingsreis

De Nederlands-Britse fotograaf Jimmy Nelson reist al sinds zijn 17e de wereld rond om kennis te maken met verschillende volkeren op de meest afgelegen plekken ter wereld. Zijn iconische foto’s van inheemse bevolkingsgroepen zijn wereldwijd gepubliceerd in musea en galeries. Jimmy Nelson zit zo’n 80 procent van zijn tijd in het buitenland, maar deze week was hij even in Amsterdam. Metro sprak met hem.

Zijn werk ken je misschien van het boek Before They Pass Away dat hij in 2013 publiceerde en waarvoor hij tientallen unieke en bijzondere stammen wist vast te leggen in hun natuurlijke leefomgeving. Sinds 2016 is hij bezig met zijn nieuwe boek, waarvoor hij vijfendertig unieke bevolkingsgroepen wil bezoeken.De 49-jarige Jimmy is op de meest bijzondere plekken geweest die je maar kunt bedenken: bij rendierherders in Siberië, de Laylap in Bhutan, de jungle van de Amazone en de Mundaristam in het geïsoleerde Zuid-Soedan.

Papoea Nieuw-Guinea. Foto: Jimmy Nelson

Ontdekkingsreis

Zijn werk bijzondere werk is in meer dan duizenden magazines verspreid, de BBC maakte een mini-documentaire van de meesterfotograaf én hij gaf een speech voor TEDx. Toch noemt de bescheiden Jimmy Nelson zichzelf niet per se een fotograaf. „Ik ben autodidact en heb geen studie gedaan, maar inmiddels noemen mensen mij een fotograaf. Maar mijn werk gaat om een persoonlijke ontmoeting, het is een ontdekkingsreis.”

Jimmy heeft een bijzondere missie. Hij bezoekt traditionele stammen en culturen om te laten zien hoe bijzonder ze zijn en dat ze niet mogen ‘verdwijnen’ door globalisering. Hij wil met zijn werk ‘grenzen doorbreken’, hij wil de balans tussen twee werelden terugbrengen van enerzijds de moderne westerse maatschappij en anderzijds de inheemse volkeren. „Die mensen hebben een rijkdom en dan gaat het niet om wat er op je bankrekening staat. Het gaat er om dat we niet bang zijn voor elkaar, we zijn allemaal één en we moeten elkaar respecteren omdat we van elkaar kunnen leren.”

Opgegroeid in de jungle

De Nederlands-Britse Jimmy werd geboren in Engeland en heeft tijdens zijn jeugd overal op de wereld gewoond. Tegenwoordig woont hij met zijn vrouw en drie kinderen in Nederland. Jimmy beleefde geen gemakkelijke jeugd. Zijn vader werkte voor een grote multinational en hij groeide op in de jungle. „Ik was de enige blanke tussen alle zwarte kinderen.” Op zijn 7e ging hij naar een Engelse kostschool met alleen maar priesters, waar hij werd misbruikt. Het contrast met de vrije omgeving van het oerwoud was groot. Jimmy werd gepest omdat hij alleen maar foto’s had met zwarte kinderen. De kinderen noemden hem dom, omdat hij alleen maar aan het tekenen en schilderen was. Op zijn 16e werd hij ziek en in één nacht vielen al zijn haren uit. Hij realiseerde zich dat hij zo niet verder wilde leven. „Ik keek naar mezelf in de spiegel en dacht: dit wil ik niet. Ik voelde me lelijk en hield niet van mezelf. Ik had twee opties: of je gaat jezelf verstoppen of je gaat de wereld in om het op te lossen.”

Kazakh, Mongolië. Foto; Jimmy Nelson

Monniken in Tibet en geïnspireerd door Kuifje

Geïnspireerd door een strip van Kuifje reisde Jimmy af naar de monniken in Tibet, waar alle kinderen kaal waren. „Ik dacht: als ik daar tussenin loop gaan ze mij misschien minder beoordelen op mijn uiterlijk.” Hij wandelde van de ene kant van het land naar de andere en werd verliefd op de mensen. Ze gaven hem warmte en brachten hem weer tot leven. Jimmy was diep onder de indruk van de levenswijze van deze mensen en legde het vast op camera.

Toen hij twee jaar later op 19-jarige leeftijd terugkwam, wilden meerdere bladen zijn foto’s zien. „Ik dacht dat is leuk, ik ga weer op reis om andere mensen te leren ontmoeten. Het gaat niet om de camera. Ik wilde dat mensen naar mij keken als Jimmy. Niet als lang, kort, man, vrouw, kaal, arm, rijk, wit of bruin, maar gewoon als de persoon Jimmy.”

Bhutan. Foto: Jimmy Nelson

‘Connectie met mensen gaat dood’

Inmiddels heeft Jimmy een team van twaalf mensen om zich heen en samen werken zij aan zijn nieuwste project, de opvolger van zijn succesvolle boek Before They Pass Away. Een verbluffende fotoserie waarbij Jimmy de pure schoonheid en culturele verschijningen van verschillende volkeren heeft vastgelegd. Zijn werk is enerzijds een naslagwerk voor toekomstige generaties, anderzijds is het ook bedoeld als eyeopener.

De kunstenaar wil mensen laten realiseren hoe belangrijk cultuur is. Hoewel de titel van zijn eerste boek misschien doet denken dat deze mensen ook echt doodgaan, is dat niet het geval. „Ze zullen niet overlijden, maar de connectie met deze mensen gaat wel dood en daarom is deze zoektocht zo belangrijk.” Jimmy wil mensen meenemen op zijn reis zodat ze beter kunnen begrijpen wat hij meemaakt. Bij zijn nieuwe project worden ook video’s en verhalen gemaakt zodat je thuis nog beter kunt begrijpen hoe de mensen aan de andere kant van de wereld leven.

Frans-Polynesië. Foto: Jimmy Nelson

Communiceren als Mister Bean

De meesterfotograaf is gemiddeld zo’n 80% van zijn tijd op reis. Jimmy vertelt dat als hij eenmaal op een nieuwe bestemming is aangekomen hij daar vaak twee tot zes weken blijft. Slapen doet hij bij de plaatselijke bewoners. „Ik probeer met ze mee te leven. Soms lig je op een viezig matje in een koude tent, maar toch slaap ik daar vaak beter. Op zo’n plek laat ik alles los, je voelt je verbonden met de natuur en komt onwijs tot rust.”

Hij probeert de mensen echt te leren kennen, maar hoe doe je dat als je de taal niet spreekt? Af en toe krijgt hij hulp van een tolk, maar dat werkt meestal niet. „De beste manier om mensen te begrijpen is om te communiceren zonder woorden. Ken je Mister Bean? Overal ter wereld lachen, kijken en voelen mensen mee met Mister Bean. Hij communiceert zonder woorden, maar hij is heel open en kwetsbaar. Wij doen dat veel te weinig omdat we bang zijn.” Het werk van Jimmy Nelson is herkenbaar aan de intieme portretten, maar hoe vang je zo’n blik als je amper met elkaar kunt praten. „Juist door de extreme stilte en extreem veel aandacht te geven. Je moet niet gelijk gaan fotograferen, soms wacht ik dagen. Het gaat niet om de foto, maar om ‘het voorspel’."

Volgens Jimmy Nelson zijn er zowel voor- als nadelen aan de westerse wereld als in de wereld van de inheemse stammen. Jimmy vertelt dat hij het belangrijk vindt dat we het verleden niet vergeten en blijven praten en in contact blijven met elkaar. ,,Mensen zijn vaak bang voor het onbekende, maar dat is juist niet nodig. Mensen zeggen vaak dat ik mooie foto’s maak, maar het zijn juist de mensen die het mooi maken.”

Wodaabe, Tsjaad. Foto: Jimmy Nelson

Niemandsland

De fotojournalist is al jarenlang op reis. Waar hij zich het meeste thuis voelt? „Meestal in een vliegtuig, dat is de tussenwereld. Je verlaat de ene wereld en gaat naar een andere wereld. Je vliegt boven de wereld het is een soort niemandsland, zonder wifi, en op dat moment ben je heel bewust van je eigen gedachten en wat je aan het doen bent.” Zijn basisplek is Amsterdam. „Ik ben heel trots om te zeggen dat ik uit Amsterdam kom.”

Benieuwd naar zijn bijzondere werk? Van 5 oktober tot en met 5 november is het nieuwste werk van Jimmy Nelson te zien in Rademakers Gallery in Amsterdam. Zijn tweede boek wordt verwacht in 2018.

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.