Bootcamp straks op elke hoek van de straat
Het is lente en dus staat de natuur weer vol met… bootcampers. Ramses Jedeloo van The Bootcamp Club over de kracht, groei, overlast en ‘mannenmissie’ van de populaire sport.
Ze zijn niet meer weg te denken uit de publieke ruimte, de bootcampers. Op een zonnige zondagochtend werken er in sommige stadsparken wel 10 tot 15 groepjes tegelijk hun circuitjes vol burpees en jumping jacks af. Ook parkeerplaatsen, bossen en pleintjes zijn niet veilig voor de in fluorescerende kleding gehulde buitensporters. Bootcamp is groot, maar wordt nog veel groter. Dat voorspelt Ramses Jedeloo CEO van The Bootcamp Club, de oudste en grootste bootcampaanbieder van Nederland.
Je ziet er sportief uit. Volg je zelf nog wel eens een lesje bootcamp?
Ja, zeker. Momenteel combineer ik het buiten bootcampen met binnen trainen in de gym omdat ik door Men’s Health gevraagd ben om covermodel te zijn. Ik geef zelf geen les meer, inmiddels hebben we genoeg mensen die dat veel beter kunnen!
In 2009 hadden jullie 300 leden, nu 76.000. Is dit het hoogtepunt?
Nee. Ik denk zelfs dat we pas aan het begin staan. We merken nu pas dat de sport een beetje tot volwassenheid komt. Vergelijk het met de fitness- en hardloopmarkten; er zijn bijna 3 miljoen mensen met een sportschoolabonnement en 4,5 miljoen hardlopers in Nederland. De outdoorfitnessmarkt moet daar ergens in het midden van zitten. Laten we zeggen dat we een miljoen bootcampers kunnen vinden, dan zitten we nu nog aan het begin.
Wanneer zijn er een miljoen bootcampers in Nederland?
Ik denk niet dat wij dat in ons eentje naar ons toe kunnen trekken, maar als we dat een beetje verdelen tussen de andere aanbieders dan denk ik dat we het half miljoen binnen nu en 5 à 7 jaar moeten kunnen redden.
Wat als bootcamp toch een hype blijkt?
In het begin van The Bootcamp Club werden wij dikwijls vergeleken met hypes als Tae Bo, Body Attack en Zumba die elkaar telkens na zo’n twee jaar afwisselden. Hoewel ik toen natuurlijk niet zeker wist of het bootcampen ook snel zou overwaaien, was ik er wel van overtuigd dat we een nieuwe (buiten)sport hadden gelanceerd in plaats van de zoveelste hype voor de binnenmarkt.
In sommige steden zoals Amsterdam en Utrecht zijn er omwonenden en parkstichtingen die niet allemaal even blij zijn met jullie komst. Hoe ga je daarmee om?
We hebben daar gelukkig relatief weinig problemen mee en als het zo is, zoeken we naar een oplossing. In het Vondelpark wil de Vereniging Vrienden van het Vondelpark het park en de natuur beschermen. Als een groep daar dan met een ghettoblaster of zelf meegebrachte trampolines – ik heb het zelf gezien, en ze hoorden niet bij ons – voor overlast zorgt, dan begrijp ik die vereniging volkomen. Wij zeggen tegen onze trainers dat ze hun gezonde verstand moeten gebruiken en respect voor de omgeving moeten hebben. Ben je in een speeltuin en willen er kinderen spelen of je zou omwonenden op welke manier dan ook overlast kunnen bezorgen, dan ga je ergens anders trainen.
Er zijn ook mensen die het niet eerlijk vinden dat jullie op een commerciële manier geld verdienen in een publiek park.
Ja, dat speelt soms. In Utrecht ging het er laatst nog over. Maar het is niet zo dat wij geen belasting betalen, we betalen zelfs meer dan bijvoorbeeld een sportschool omdát we gebruik maken van de buitenruimte. Zorgen maak ik me niet, want gemeenten omarmen ons omdat we mensen die normaal niet in de parken komen, daar nu wel doorheen leiden. We trekken juist vaak samen met de lokale overheden op.
Ik bootcamp ook. Soms staan we met z’n vijven in een donker park te trainen. Kan je de veiligheid van de leden en trainers garanderen?
Gelukkig kan ik zeggen dat er in al die jaren nog nooit iets is misgegaan op dat vlak. Het voordeel is dat de trainingen altijd in groepsverband zijn en dat je elkaar dan kunt helpen. Een hele groep zal niet snel aangevallen worden. Maar we houden er wel rekening mee en hebben daar protocollen voor.
De grootste groep bootcampers zijn vrouwen. Hoe komt dat denk je?
In het begin hebben we heel veel reclame gemaakt via vrouwenbladen, met name omdat ik zelf in de uitgeverijwereld heb gewerkt. Inmiddels bestaat ons ledenbestand voor 75 procent uit vrouwen, en slechts een kwart mannen. We denken dat dat komt, omdat mannen bij gewone bootcamp het competitie-element missen. En mannen vinden het natuurlijk niet leuk als ze eruit worden gelopen door een vrouw of verslagen worden in het aantal push-ups!
Gaan jullie er iets aan doen?
Ja, dit voorjaar hebben we iets nieuws waarmee we hopen meer mannen aan te trekken. Het heet wow-bootcamp en wordt een klassement waarbij alle leden mee kunnen doen aan een landelijke competitie.
En over tien jaar?
Dan hebben we nog meer leden, meer mannen vooral en zijn we in nog meer gebieden vertegenwoordigd. Het voordeel van bootcamp is dat het overal kan en je nooit ver hoeft te reizen. Wij komen naar jou toe, maar dan moeten we ook echt overal zitten. Op elke hoek van de straat bootcamp, dat is het doel!