Miss Mens
„Fuck, die krultang is fucking heet”, scheldt een meisje in een hoek van de zaal. Gehaast krult ze haar blonde lokken. Ze draagt een pakje dat perfect past in de garderobe van een Roemeense sekswerker. Het vleeskleurig gevalletje past niet. Dit verraden de voorgevormde cups die bij haar schouders zitten.
Als de laatste lok getransformeerd is tot een haarpluk waar menig golden retriever jaloers op zou zijn, scant ze de ruimte. Nee. Ze scant de andere kandidaten, de andere meiden van de missverkiezing.
Iedere potentiële miss bekijkt haar concurrenten. In hun ogen zie je ze een beslissing nemen: ‘die griet kan ik prima aan, voor haar moet ik oppassen’. Iedereen neemt stilzwijgend een plekje op de apenrots in. Elke kandidaat lijkt een andere overtuiging te hebben over de term ‘schoonheid’. Al denken de meesten dat dit gepaard gaat met een duckface en een onaantastbare blik in de ogen. Hun gezicht in de plooi, hun licht bevende hand veegt nog snel een haartje op de jurk weg. De moeders dansen druk om de ‘missen’ heen. Ze zijn voor deze dag hun persoonlijke assistenten. Gewapend met kwasten en bussen haarlak gaan ze te werk. De meest hardnekkige mee-eter wordt het zwijgen opgelegd door een extra laagje foundation. De slechte haardag wordt gecamoufleerd met een liter haarspray. Dan loopt de Roemeense sekswerker weer voorbij. De manier waarop zij op haar stiletto’s loopt, lijkt meer op revalideren dan op lopen. En dan denk ik: dit zijn wij. We zijn allemaal deelnemer aan een missverkiezing.
Dingen verbloemen
In die zaal van grijze muren wordt continu de schijn opgehouden. Er worden voortdurend dingen verbloemd met als doel het worden van een miss. In die zaal is ons dagelijks gedrag spiernaakt tentoongesteld. Je kijkt niet naar een Roemeense sekswerker die wankelt op haar hakken, je kijkt naar jezelf. Naar je eigen geploeter. Aan de lopende band poetsen we kleine en grote objecten in onze levens op. Tijdens sollicitaties benoemen we onze positieve eigenschappen en verfraaien we onze werkervaring. Als een vriend een smaakloze maaltijd op tafel tovert, zeggen we achteraf dat het lekker was. En inmiddels vinden we het sociaal onwenselijk gedrag als iemand oprecht antwoord geeft op de vraag ‘alles goed?’.
Soms is de krultang te heet en verwelken in een mum van tijd de bloemen waarmee we alles deden verbloemen. Wat dan overblijft is misschien wel mooier dan het uiterlijk van de uiteindelijke winnares.