De buurtbrunch

Else Santink Vandaag

Onlangs organiseerden de gemeente en het winkelcentrum een gratis buurtbrunch ter gelegenheid van Shoptober. Een gezellige marketingstrategie om de gemeente op de kaart te zetten en potentiële kooplustigen in het winkelcentrum te verleiden.

Voor een plekje aan de megatafel diende gereserveerd te worden. Hier gold de marketingslogan: ‘vol is vol’. De brunch zou ook een mooie gelegenheid bieden om met buurtbewoners in contact te komen.

De bediening begon steeds bij de uiteinden van de lange tafel. Op de serveerschalen lagen diverse soorten broodjes, belegd met vegetarische kipproducten en streekkaas. Buurtbewoners om mij heen gristen meerdere broodjes van de schalen. Zat je in het midden, zoals ik, dan had je vette pech. Iedere keer als er een schaal mijn richting uitkwam, lag er geen broodkruimel meer op. ‘Op is op’. Maar ja, het is gratis toch?

Uitgehongerd

Door het lange wachten en de broodjes die aan mijn neus voorbijgingen, begon mijn bloedsuikergehalte aardig te dalen. Uitgehongerd vroeg ik aan een voorbijlopende serveerster of ik een broodje van haar schaal mocht pakken. Zij reageerde met een sneer, waar overigens de honden geen brood van lustten: „U moet op uw beurt wachten. Er zijn te weinig broodjes. Het is gratis, dus ik ga geen discussie met u aan.” Vervolgens liep ze door. Gelukkig stond er een schaal met fruit op tafel. Van mijn buurman kreeg ik twee druifjes, terwijl hij zijn vette mond afveegde.

Uiteindelijk werden er door de organisatie broodjes bijgehaald. Ik kreeg een pistoletje met streekkaas, waarbij de gedachte ‘ik laat niemand meer de kaas van mijn brood eten’ opkwam. Gratis of niet.

Inmiddels werden aan de uiteinden van de tafel koude en warme hapjes geserveerd. Deze werden gedoseerd uitgedeeld. Daarom was er voor iedereen een stukje kibbeling, twee gehaktballetjes, een puntje pizza en een schepje salade.

Eerlijk zullen we alles delen

De buurtbrunch liep ten einde. Abrupt werd de bank onder mijn kont vandaan getrokken. Excuus bleef uit. Meerdere gasten gristen razend snel het overgebleven fruit, suikerzakjes en melkcupjes van tafel. Zelfs de kleurige decoratieherfststukjes verdwenen in hun ‘doggyback’.

De druifjesmeneer had een tros bananen en een appeltje voor de dorst in zijn tas laten belanden. Ik schudde mijn hoofd en dacht: ‘Eerlijk zullen wij alles delen, ik een beetje meer dan jij.’

Met mijn buik vol van de buurtbrunch, streek ik in het winkelcentrum bij de eerste de beste horecagelegenheid neer. Een glas wijn en een dubbele portie bitterballen met streekmosterd ging er bij mij nog gemakkelijk in!

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.

Reacties