Kuieren
Ik wandel op zandpaden over zwangere essen, langs ontluikende houwallen en door dichte groene bossen naar erven die in meer dan duizend jaar oude geschriften al werden genoemd. Langzaam verzink ik in de tijd.
Niets van wat ik nu zie of gewaarword, was er toen ook al, behalve de oeroude grond, waarop altijd mensen hebben gewoond, gewerkt, hun dieren gehoed, gewassen gezaaid, geoogst en waarin ze uiteindelijk zijn verdwenen.
Ik cirkel door eeuwen van geschiedenis, kan me er eigenlijk geen voorstelling van maken, hooguit fantaseren hoe het was.
„Je bent slechts een volgend laagje leven”, beken ik tegen mezelf.