Doppen
Sta ik bij de pomp, is mijn tankdop verdwenen. Een week rijd ik nu op goedkope E10 uit Knokke, heb dus ruim driehonderd kilometer met een open tank rondgereden.
Wat niet weet wat niet deert, maar nu ik weet deert het me wel degelijk.
Het plastic bandkoord was al stuk, dus ga ik met een kregelig gevoel op zoek en vind een tweedehands dop in een tankshop.
„Neem maar mee, meneer.”
Als tegenprestatie koop ik een flesje water, draai dat open, neem een slok en de inhoud gutst over mijn kleren.
„Kijk uit met die nieuwe vaste doppen, meneer!”