Lentekriebels
Langzaam kom ik uit mijn winterslaap of winterdepressie, het is maar hoe je het wil noemen.
De tijd die achter me ligt voelt als een lange gezapige droom die niet leuk is geweest, maar ook geen nachtmerrie. Zo’n droom waar je niks uit kan halen dat constructief is en dan maandenlang…
Al gapend en uitstrekkend besef ik dat ik er wel heel erg aan toe ben geweest deze winter. Nu begrijp ik beren een stuk beter of misschien juist minder goed. Laten we er maar van maken dat ik me nog nooit zoveel beer heb gevoeld.
Na een symbolische verfrissende douche bedenk ik wat ik in godsnaam heb gedaan de afgelopen maanden. Ik wist niet dat het in me zat zo weinig ‘te zijn’ als ik de afgelopen tijd ben geweest.
Wat een enorme waste of time.
Waste of energy hoef Ik het niet te noemen, want veel energie heb ik niet verbruikt. Aan de andere kant hebben mijn hersenen overuren gedraaid door veel zinloze gedachten.
Perceptie veranderd
Maar daar is dan eindelijk zomaar een perfect zonnetje, schijnend in mijn gezicht. Nippend aan mijn senseokoffie (waar ik de gehele winter over heb geklaagd), geniet ik van iedere slok. Kinderen die voorheen schreeuwden op de achtergrond, zijn nu blije spelende kinderen geworden. Heel mijn perceptie is veranderd.
Het is het begin van de lente, gezellige onderonsjes onder het genot van een lekker wijntje of koud biertje.
De geur van BBQ, gras en bloemen. Ik wil kletsen, dansen, lachen, uitgaan!
En ergens zie ik een aantrekkelijke man, lachend en dansend samen met mij.
Lentekriebels, al weet ik nog niet voor wie. Alles ligt open. Niks hoeft.
Ik denk dat ik uit mijn winterdepressie ben. Lieve Lente! Wat heb ik je gemist.