Kat-en-muis-spel
Parasieten zoeken een gastheer in wiens lichaam ze kunnen vermeerderen, en vervolgens worden ze verspreid via de uitwerpselen. Andere dieren die daarin trappen worden ook besmet en zo begint de cyclus weer opnieuw. Simpel? Ehh… nee.
Neem de eencellige parasiet toxoplasmose. Zijn gastheer is de katachtige en via diens uitwerpselen vindt besmetting plaats van knaagdieren zoals muizen. En nou komt-ie. Het breintje van een besmette muis wordt geprogrammeerd door de parasiet. Dat brein gaat meer gelukshormonen produceren en een gelukkige muis is geen lang leven beschoren want hij is minder oplettend. U snapt hem al. De katten hebben dankzij de parasiet een makkelijke prooi in besmette muizen. Van kat naar muis naar kat naar muis. Een evolutiewieltje. Zeer tot vreugde van de parasiet. Kat-en-muis-spelletje, zogezegd.
Als een wolf wordt besmet, wordt zijn gedrag ook anders. Veel besmette wolven worden solitair. Ze lopen op klaarlichte dag door de bebouwde kom of poseren voor natuurfotografen. Ze lijken wel tam. Net als 30.000 jaar geleden, toen veranderde zo’n wolf in een hond en kwam hij gezellig op visite bij de mensen en at de weggeworpen botjes op. En verdedigde hij gelijk zijn nieuwe stekkie tegen andere belagers; hij werd waakhond. Iedereen blij. Maar de ene wolf is de andere niet. De niet-besmette wolven bleven schuw en wolf. Maar de besmette wolven in Yellowstone zoeken tegenwoordig de poema’s op. Dat loopt niet altijd goed af. Voor die wolven dan. Want poema’s zijn nogal groot uitgevallen katten.
Mensen worden dierenvriend
Ook mensen lopen kans de parasiet binnen te krijgen. Dat kan via besmette grond en idem voedsel. Ongeveer 40 procent van Nederland maakt ooit zo’n besmetting door. Het mensenbrein krijgt dan een nieuwe software-update waardoor zo iemand zich ietsje anders gaat gedragen. Onderzoeken wijzen uit dat bij verkeersongelukken net wat meer besmette mensen betrokken zijn dan op grond van hun bevolkingsaandeel logisch is. Mensen worden iets minder bang voor dieren en doen iets vaker aan stoere sporten. Minieme gedragsveranderingen, die je pas ziet als je het statistisch bekijkt. Mogelijk gaan alle besmette soorten zich een beetje vreemd gedragen en verliezen daarbij hun natuurlijke angsten: wij voor dieren en zij voor ons. Is het dan door toxoplasmose dat wij zoveel huis- en boerderijdieren hebben? Best mogelijk; toxoplasmose voelt zich in vrijwel elk dier thuis. Dieren vinden ons dus ook lief omdat ze dat moeten van de parasiet. En omgekeerd.
Maar…
De meeste mensen merken weinig van de besmetting, ze zijn gewoon een beetje verkouden. Eén uitzondering: als een zwangere vrouw wordt besmet kan dat heel gevaarlijk zijn voor haar kindje. Dus laat iemand anders zolang de kattenbak maar schoonmaken. En pas op met rauw vlees en vuile handen. Zolang Tox een slapend bestaan leidt, verstopt tussen normale cellen, zijn mensen immuun voor nieuwe besmettingen. Groot voordeel. Maar corona beheerst dat slapen niet zo goed. Als dat virus in ons blijft hangen schiet ons immuunsysteem in de hoogste stand en zo komen we aan Post Covid. Hadden we dat allemaal maar geweten vóór de Covidpandemie. Maar misschien leren we nou eindelijk eens wat virussen, bacteriën en parasieten echt kunnen doen met ons. Ook als we alleen maar een beetje verkouden lijken.
Stille waters hebben diepe gronden.