Goed geformuleerde vraag
In die tijd bestond kunstmatige intelligentie nog niet. Ik plaats het begin van het verhaal aan het einde van de 19e eeuw in een gevangenis, waar het thuishoort. Een dichter wordt gearresteerd vanwege zijn satirische gedicht.
Toen hij de gevangenisdirecteur om papier en inkt vroeg, weigerde hij deze met de woorden: „Het is beter voor jou, jongeman, om niet te schrijven. Schrijven heeft je in de gevangenis gebracht. Als je analfabeet was, zou je vandaag een respectabel persoon en een gerespecteerd burger zijn.”
Gedichten hadden destijds de kracht om mensen achter de tralies te krijgen. In die jaren kon de zon nog een dooier zijn in de blauwe lucht. Nu is het slechts een ster waar de aarde omheen draait, het centrum van ons zonnestelsel.
Tussen de regels door lezen
Moderne lezers nemen er niet de tijd voor om tussen de regels door te lezen. Voor zo’n activiteit is de menselijke samenleving een uitgebreid geheugen geworden, zonder genade voor fouten. Zelfs kunstmatige intelligentie zal nooit in staat zijn om tussen de regels door te lezen. Toch moet ik voorzichtig zijn, want ik heb geen trouw lezerspubliek zoals een schrijver in de gevangenis aan het begin van een nieuwe tekst.
Mijn verhaal heeft geen kracht om iets om me heen te veranderen. Ik ben aan mezelf overgeleverd en kan op elk moment een dwaas lijken. Daarom ben ik egoïstisch. Ik wil persoonlijk gelukkig geboren worden. Dan kunnen lezers me meteen in hun groene afvalbak in de tuin gooien zoals het zaagsel van beukenhout van de bodem uit de kooi van hun papegaai.
Enigszins geluk gehad
Ik geloof dat er geen gevaarlijke liederen en verhalen meer zijn. Het kwaad is niet zo groot als de verloren goede kant van de samenleving. Ik heb enigszins geluk gehad dat de opkomst van kunstmatige intelligentie me heeft getroffen in het Westen, te midden van goede handelaren uit een klein volk, die bereid waren voortdurend van anderen te leren. Door hun vindingrijkheid en scheepsbouw heeft dit volk veel valkuilen van moeilijke tijden weten te vermijden. Ik hoop dat ze de uitdagingen van deze tijd kunnen ontwijken, waarin kennis gereduceerd wordt tot goed geformuleerde vragen aan kunstmatige intelligentie.
Bij de afronding van dit verhaal zal ik AI vragen om me te helpen met stilistische fouten. Misschien ga ik nog een stap verder. Ik vraag het om de tekst in de schrijfstijl van Dostojevski en Bukovski te gieten, afhankelijk van de smaak van het lezerspubliek dat ik wil aantrekken. Als kinderen niet meer in staat zijn om literaire klassiekers te lezen, zal AI in de toekomst antwoorden geven aan andere nieuwsgierige geesten rekening houdend met deze tekst. Zo gaat het eindeloos door. Als mensen gehoorzaam zijn, kan het zijn dat AI ooit in staat is om het lot te bepalen zoals het echte leven doet. Mijn landgenoten zijn verdeeld over kunstmatige intelligentie. Sommigen zijn optimistisch, anderen pessimistisch. Beide perspectieven zijn nodig. Een optimist heeft weliswaar een vliegtuigconstructie gemaakt, maar een pessimist heeft de parachute uitgevonden. Het blijft een feit dat er in Nederland geen teksten meer zijn waardoor je in de gevangenis belandt.