Stemwijzer
Yes, we mogen weer naar de stembus! Voor mij wordt het alweer de tiende keer dat ik mag meebeslissen over onze volksvertegenwoordigers.
De eerste keer was in 1994. Ik was 21 jaar oud en deed veldwerk in Botswana voor mijn studie geografie. Ik had mijn moeder gemachtigd om voor mij te stemmen. Ondertussen waren mijn gedachten meer bij de verkiezingen in buurland Zuid-Afrika. De verkiezingen daar zorgden voor de nodige onrust in de regio. Het deed me beseffen in wat voor een heerlijk land wij wonen. Ook bij ons staan groepen soms lijnrecht tegenover elkaar, maar dit valt in het niet bij de situatie in Zuid-Afrika en vele andere landen.
Zuid-Afrika kreeg Nelson Mandela, wij kregen Wim Kok.
Beweging naar rechts
De jaren gingen voorbij en van de PvdA als grootste partij schoven we op via CDA naar de VVD. We maakten langzaam een beweging naar rechts. Al maakten zowel ‘links’ en ‘rechts’ steeds meer plaats voor het populisme, dat aan beide kanten van het spectrum te vinden is. Ook onze leiders veranderden. Wim Kok was nog een echte ‘staatsman’, in het rijtje Den Uyl, Van Agt en Lubbers. Hoe anders dan onze joviale Mark.
Maar er gloort hoop aan de horizon. Want nu hebben we Frans Timmermans. Hij doet in alle talen zijn best om iets van staatsman uit te stralen. Zou hij met zijn ‘linkse wolk’ het blauw van dertien jaar VVD kunnen verdrijven?
Splinterpartijtje
Dit brengt mij bij een dilemma dat elke verkiezing opspeelt. Altijd vul ik altijd braaf de Stemwijzer in en altijd komt er dan een sympathiek splinterpartijtje uit. Waar ik vervolgens niet op ga stemmen. Nee, ik stem STRATEGISCH. Als ik verandering wil is het wijzer om op een grote partij te stemmen, is mijn gedachte daarachter. Helaas heeft mijn strategische keuze nog nooit tot het gewenste resultaat geleid. En had ik daarna spijt dat ik mijn hart niet had gevolgd.
Ik neem me voor het dit jaar anders te doen. Ook deze keer heb ik de stemwijzer weer ingevuld, met het verwachte resultaat. Maar als ik op 22 november in het stemhokje sta zal ik mij verzetten tegen mijn strategische brein. Ik ga met heel mijn hart proberen het rode potlood de juiste kant op te bewegen. Het resultaat heb ik niet in de hand, maar mijn potlood wel.