Pamflet tegen de verziekers

Ilona Oerlemans 27 sep 2023

Er zat een jochie voor me vanmiddag. Een jochie van een jaar of zes. Samen met z’n moeder vanuit Tilburg, klaar voor z’n allereerste Ajax-wedstrijd. En wát voor een wedstrijd: de Klassieker! Oké, een editie met Ajax in zwaar weer en Feyenoord als koploper. De verhoudingen zijn weleens anders geweest. Maar toch. Ik gunde het jochie een tópdebuut op deze dag. Shirtje aan, rode konen van opwinding, de kleine man was er klaar voor.

Het begon allemaal niet eens zo onaardig. Zonnetje, sfeertje en redelijk verzorgd veldspel. In elk geval aanvallend gezien. Maar toen sloeg alles om. Niet alleen óp het veld, maar ook op de tribunes. Daar achter het doel, waar flink wat gasten denken het alleenrecht te hebben op ‘supportersschap’. Maar dat je in het zwart gehuld en met een capuchon voor je smoel op je vakkie staat, maakt je niet méér Ajacied. Dat je ‘durft’ te schelden met het ‘k’-woord maakt je niet méér Ajacied. En dat je meent te mogen veroorzaken dat de wedstrijd wordt gestaakt, maakt je zéker niet méér Ajacied.

Echt, ik snap de woede, het verdriet en de ontgoocheling over de situatie waar ons mooie cluppie in verkeert. Want dat ik geen zwart draag naar het stadion, mijn gezicht niet bedek met een capuchon, niet scheld met het ‘k’-woord en nóóit iets zal doen wat ons cluppie zal schaden, dát maakt míj Ajacied. Al 39 jaar.

Het jochie van zes droop vandaag teleurgesteld af. De tranen die hij binnen wist te houden, stonden bij mij wél in m’n ogen. Tranen van woede, verdriet en ontgoocheling. Laten we in godsnaam weer sámen Ajacied zijn. En laten we daar dan woensdag mee beginnen. Één club, één stad. Want zoals het nu gaat, dat breekt mijn rood-witte hart.

Het beste van Metro in je inbox 🌐

Meld je aan voor onze nieuwsbrief en ontvang tot drie keer per week een selectie van onze mooiste verhalen.