De mens achter de winkelwagen

Winkelwagentjes zijn bij winkelcentra te vinden en soms in de sloot. Ze worden gebruikt voor het vervoeren van boodschappen. Ze zijn puur functioneel te herkennen aan het logo van de winkel. Het winkelwagentje met de dagelijkse boodschappen ontleent zijn inhoud en kleur door de persoon erachter.

In de rij voor de kassa ondergaat iedereen het wachten op zijn manier. Ikzelf vul de tijd met observeren. Door te kijken wat andere klanten in hun kar hebben liggen, fantaseer ik een beeld bij de mens, die bij de inhoud van de wagen hoort. Het is een subjectieve waarneming en gebaseerd op vooroordelen.

Een hamsteraar heeft bijvoorbeeld zijn winkelwagen volgeladen met 1+1-producten. Vooral de hoeveelheid pakken Maaltijdmixenvalt op. In het karretje van een oude snoeperd liggen bonbons en een Playboy. Een spierbundel legt zijn koolhydraten, eiwitten en isitone drankjes op de band. Onmisbaar voor zijn getrainde spieren. Achter mij staat een wagen volgeladen met zware kratjes bier. De aangeschoten corpsstudenten hebben een feestje in hun studentenhuis.

Zouden er ook honden te koop zijn in de supermarkt? Onlangs zag ik zomaar een Chihuahua tussen de bloemkool, speklappen en aardappelen in een winkelwagentje liggen. Hij liet zijn tanden zien aan passanten om de kostbare inhoud te beschermen.

Verstandige mama

Een peuter volgt mama met een klein wagentje en laadt deze vol met lekkers. Dingen zoals roze koeken met glazuur van cochenilleluizen, gummibeertjes gemaakt van gelatine, een bindmiddel dat gemaakt wordt van varkensbotten. En chips, die zo verslavend zijn als harddrugs. De verstandige mama legt al het lekkers weer terug in de schappen. Een snackkomkommer ter compensatie blijkt geen oplossing. Haar kindje zet een keel op en mama loopt rood aan.

Buiten zie ik een zwerver, die zijn wagentje duwt naar een plek om te slapen vannacht. In zijn wagentje liggen allerlei spulletjes. Zoals een slaapzak, paraplu en een aangebroken fles. Deze medemens is dakloos en heeft problemen op meerdere vlakken.

Ieder mens duwt de kar, die bij hem past. Bij een zware last moet je harder duwen. Met een stagnerend wieltje ga je alle kanten op, behalve de juiste. Met een soepel karretje trotseer je obstakels, die je links en rechts op de gangpaden tegenkomt.

Mensen hebben hun oordeel snel klaar en veroordelen.

Een waardeoordeel verwijst naar je eigen normen en waarden. Als je een zwerver ziet, gun hem dan ook een blik waardig. Dat kost niets.