Juichen en huilen
„Spaart u juichzegels?” De man voor me bedankt vriendelijk. De caissière zegt gedag en begint met het scannen van mijn boodschappen, wat me de tijd geeft om te bedenken wat ik dadelijk zal antwoorden op diezelfde vraag.
In mijn jongere jaren was ik een groot voetbalfan. Ik keek alles wat er maar te zien viel, had een abonnement op de VI en sliep met een Champions League-bal naast mijn hoofdkussen, maar de laatste jaren verminderde mijn liefde voor het spelletje. Supportersgeweld, opgekochte clubs, bobo’s in de ban van dollartekens: de charme die er vroeger omheen hing, verdween. Misschien veranderde de voetbalwereld echt ten slechte, misschien lag het aan mij of aan het feit dat mijn mentale uitdagingen sinds mijn zwangerschappen een nóg groter deel van mijn energie opslokten, maar feit was dat ik de Eredivisie alleen nog via Teletekst volgde en mijn oranje outfits in de kast lagen te verstoffen.
Naaldhakken in het gras
Maar de EK’s en WK’s bleef ik fantastisch vinden. Jezelf wekenlang onderdompelen in een saamhorige sfeer, de spanning, de verwachtingsvolle avonden. Ik dacht terug aan het EK in 2004, toen ik de wedstrijd tegen Zweden bekeek tijdens een groot tuinfeest. Ik prikte mijn hoge naaldhakken helemaal in het gras, zodat ik moeiteloos de hele wedstrijd kon blijven staan, pas opspringend toen van der Sar een penalty stopte. Of dat vreselijke EK in 2008, waarin het Nederlands elftal totaal onverwacht werd uitgeschakeld door Rusland. Een goal van die overdreven blij kijkende Arshavin zorgde ervoor dat ik na de wedstrijd in mijn eentje huilend door de straten liep, gedesillusioneerd door het plotselinge einde van een droom.
Nu staat er eindelijk weer een kampioenschap voor de deur. In de winter, tsja, een beetje jammer, maar niet onoverkomelijk. Tot er steeds meer verhalen kwamen. Misstanden, en hoe. Op geld en macht beluste mannen hebben het WK om zeep geholpen al voor het begonnen is. En veel erger: dood en verderf spreidde zich uit over een enorme groep onschuldige mensen. Er is haat, gericht op hen die het niet verdienen. Mijn keuze was snel gemaakt. Ik ga het WK niet kijken dit jaar. Ik zal niet meer huilen om een verloren wedstrijd. Wel om al het onnodige leed waarvan dit kampioenschap de oorzaak is.
Een stem die het totaalbedrag noemt haalt me uit mijn overpeinzingen. Ik reken af. De caissière vraagt niets. Alsof het allang duidelijk is dat er dit toernooi niets te juichen valt.