Dolende millennial
Ogenschijnlijk doelloos dwaal ik door de Albert Heijn. De koopdracht daalt dit jaar met bijna 7 procent, maar mijn aangeboren privileges zijn sterker dan de inflatie.
Steeds iets minder zelfverzekerd passeer ik de koeling met voorverpakte groenten. Voor de derde keer staar ik naar de peterselie. Peterselie is géén zeewiersalade. Ook niet als je er voor de derde keer op hoopt. De praktijk wijst weer eens uit dat feiten het winnen van verlangens.
Na zeven rondjes dralen heb ik de zeewiersalade in het vizier. Naast de zeewiersalade ligt de zeekraal. Zeekraal is géén zeewiersalade. Toch leg ik de zeekraal naast de zeewiersalade in mijn mandje. De praktijk wijst maar weer eens uit dat emotie het wint van noodzaak.
Onderweg naar de kassa kruis ik voor de derde keer de blik van een inmiddels bekende vreemde. Ik zwaai trots met de zeewiersalade en zeg verontschuldigend: „Gevonden!” Alsof hij allang wist dat ik naar zo’n concreet luxeproduct op zoek was. De vreemdeling knikt goedkeurend en steekt zijn duim op. De praktijk wijst maar weer eens uit dat niets het wint van de analoge like.