Verkrachting, beroving en terreur
In een zeker dorpje, hier niet ver vandaan, is men bang voor mijn soort mensen. Nou vallen ik en mijn diverse persoonlijkheden onder een scala aan categorieën, maar laten we het meest prominente pikken.
Ik lijk qua uiterlijk en DNA ontzettend veel op de herrieschoppers in Ter Apel, de gefrustreerde gelukszoekers die hun zojuist gedoneerde, action pop-up tentje moeten inleveren en in de open lucht moeten slapen. En laat ik daar nou zelf in 1995 mijn eigen asielprocedure hebben doorlopen toen ik net een jaar of 2 was. Een kleine gluiperige gelukszoeker, jong geleerd is oud gedaan en waarom een dag langer wachten als je al als peuter in een bloedzuigend mormel kan veranderen en je buikje kan rond vreten met andermans belastingcentjes? In de jaren 90 waande ik me trouwens ook wel in luxe hoor, een eigen bungalowtje met mijn ouders, genietend van de natuur in Klazienaveen. Elke dag startte met een wandeling door de natuur, bessen plukkend, vlinders najagend en zo nu en dan de verkeerde bus nemend en op de Duitse grens eindigend en dan ‘Het Dublinakkoord’ door mijn peuterkoppie galmend en snel terugrennen de Nederlandse weide in.
Boerse gastvrijheid Klazienaveen
En het meest schokkende van alles? Klazienaveen heeft geen verkrachting, beroving en terreur meegemaakt door onze aanwezigheid. Wellicht hadden ze zich er al mentaal op voorbereid, de ramen al gebarricadeerd, een maand vooruit boodschappen gedaan en onze AZC met eierdooiers besmeurd? Integendeel. We werden stap voor stap geholpen, bijgestaan en hebben van de boerse gastvrijheid genoten. Toen we aan een gemeente werden gekoppeld leerden we de Nederlandse samenleving echt kennen. De ‘boer’man deed elk weekend een wanhopige poging om onze voortuin te redden. Door een achterbuurman meegenomen naar kerkdiensten, bijgestaan door de buurtoma. En de juffen in groep 1/2 namen de tijd om niet alleen mijzelf maar ook mijn ouders te onderwijzen. It takes a village to raise a child, en datzelfde is nodig om een nieuwe start te maken. Demonstreer, steek in de brand en joel de ‘gelukszoeker’ uit, want dat helpt vast om er een functionerend individu van te maken.
Deze gore, gluiperige, gelukszoeker en haar gezin hier maakten deel uit van een samenleving die ons bijstond en wat hebben we de samenleving hiervoor veel teruggegeven. Geen verkrachting, beroving en terreur. Hardwerkend, belastingbetalend, Nederlandse goede doelen donerend, kritisch stemmend en Nederland en Nederlanders missend zodra ik in een vliegtuig stap. Ik weet vrijwel zeker dat we als gezin de kosten voor ons asielopvang al dubbel en dwars hebben terugbetaald, financieel en sociaal, maar zullen altijd met het stigma moeten leven: de gelukszoeker. En weet je wat? Dat Geluk heb ik inderdaad gevonden. Met dank aan de samenleving van toen.