Tour de confiance
Nadat Jumbo-Visma met overmacht de Tour de France 2022 heeft gedomineerd en gewonnen, volgen de persconferenties. Zowel aan geletruidrager Jonas Vingegaard als aan de oppermachtige groenetruiwinnaar Wout van Aert wordt de onvermijdelijke vraag gesteld: zijn jullie prestaties dopingvrij?
Een op zich begrijpelijke vraag voor een ieder die de historie van de Ronde van Frankrijk kent. Maar al te vaak bleek de winnaar geholpen te zijn door verboden middelen, wat natuurlijk een grote smet op de wielersport heeft veroorzaakt. Toch begrijp ik de afkeuring op de reactie van Wout van Aert op deze vraag in onder andere het programma De Avondetappe niet. In tegenstelling tot Jonas Vingegaard reageert Wout van Aert zichtbaar geïrriteerd op deze vraag. Nadat hij eerst weigert op deze vraag in te gaan, komt hij even later de pers tegemoet door te wijzen op alle trainingsinspanningen van de wielerploeg.
Niet naïef
In tegenstelling tot de critici ben ik het met hem eens. Als elke Tourwinnaar zich de komende jaren moet verantwoorden voor het feit dat hij gewonnen heeft, dan stel je de huidige generatie wielrenners verantwoordelijk voor hetgeen hun voorgangers gedaan, of misdaan hebben. Zoals men na twee oorlogen het Duitse volk wantrouwde vanwege het verleden. Natuurlijk ben ik niet naïef: in de topsport, en dus ook in het wielrennen, is het gebruik van verboden middelen een realistisch gevaar.
Maar door het steeds te blijven benoemen, en er eigenlijk al vanuit te gaan dat een topprestatie gepaard moet gaan met doping, is een self fulfilling prophecy. Ja, Wout van Aert was oppermachtig deze tour. Maar kunnen we, voordat we meteen aan illegale zaken denken, misschien gewoon ontzag hebben voor deze super-topsporter? En ons realiseren dat zijn hele leven in het teken heeft gestaan van presteren, trainen, de juiste voeding en de juiste wattages fietsen?
Dezelfde mensen die hun brood verdienen met het verslaan van een evenement als de Tour, zijn er als de kippen bij om de prestaties van de smaakmakers ervan in twijfel te trekken. Ik begrijp Wout van Aert heel goed: na alles gedaan en gelaten te hebben om deze prestatie te leveren, accepteert hij niet dat buitenstaanders als het journaille zijn prestatie vervolgens in twijfel trekken. En terecht: eens een vechter, altijd een vechter.