Duitsland draaft door
Na meer dan tachtig jaar geen oorlog te zijn begonnen, wordt Duitsland zoetjesaan overmoedig. De natie raakt werkelijk overtuigd van zijn eigen goedheid. En als Duitsers ergens van in de ban raken, kan het behoorlijk misgaan.
‘Jippie, er komt weer een inval’, denkt u nu waarschijnlijk, in de wetenschap dat wij slechts door fikse oorlogsdreiging onze zaken weer in perspectief kunnen zien. Piekeren over een virus dat bepaald geen ebola is, of over de stijging van de zeespiegel in 2050, lijkt potsierlijk onder kanongebulder.
Windmolens de nieuwe kanonnen
Helaas: windmolens zijn de nieuwe kanonnen. Tijdens een busrit naar Berlijn in 2015 viel me al op hoe vol het territorium van onze oosterburen ermee staat. „Hebben ze de tanks van vroeger omgesmolten?”, grapte ik tegen mijn toenmalige vriendin. Ze antwoordde dat grappen over de oorlog passé waren. Later dat jaar, gedurende de vluchtelingencrisis, sprak Merkel haar beroemde woorden Wir schaffen das. De wereld was een betere plek geworden, alleen ikzelf was nog gewoon een slecht mens.
Inmiddels weten we beter. Merkels weigering de rechtervleugel van haar partij te bedienen, gaf de populistische Alternative für Deutschland vleugels. Dankzij Mutti zitten er, voor het eerst sinds 1945, extreem-rechtse politici in het Duitse parlement.
Terugverlangen naar Duitsland met Merkel
Toch verlang ik nu al terug naar de eerste vrouwelijke bondskanselier ooit. Het kan namelijk nog roekelozer. Onder leiding van opvolger Olaf Scholz gaan de Duitsers op de gok vergroenen. „Grote vraag is: behouden ze hun welvaart na zo’n klimaattransitie, creëren ze niet een volstrekt ongelijke samenleving?”, formuleerde Duitsland-kenner René Cuperus zijn zorgen onlangs in een radioprogramma.
Alle lessen van de twintigste eeuw zijn vergeten. Economische stabiliteit om geen nieuwe Führer aan de macht te brengen? Ach. Burgers herkennen aan een blokjescode? Nou en.
Andere Europese landen vervallen ondertussen ook in oude fouten. Maar na tachtig jaar kunt u die grappen niet meer horen.