Tring!

Van die inkomende telefoontjes waaraan je door het geluid dat je telefoon uitspuwt al op je klompen aanvoelt, dat het weer een ‘speciale aanbieding ‘ betreft van een of andere dienstverlener.

Met name energiebedrijven deden dat. De bedrijfsnamen doen even niet ter zake. Ik heb er een paar afdoende manieren van optiefen op gevonden. Waar het de telefonische verrassingsaanvallen betreft dan. Druiloren die aan de deur komen, kunnen op een passend verbaal bombardement rekenen. Voorbeeld: ruim twee jaar geleden ging onze deurbel aan de Kievitlaan. Ik doe de deur open en een jongeman in een NUON-pakkie begint als een stengun te ratelen. Hoe mijn leven met energie van NUON er qua beleving gewéldig op vooruit zal gaan. En het gaat me honderden euro’s schelen, op jaarbasis. „Sorry, geen belangstelling”, zeg ik tot vier keer aan toe. Ratel ratelt onverdroten verder, de hele energieretoriek in één ademstoot uitbrakend. Even viel ie stil, dus ik vroeg met de van mij bekende vriendelijkheid: „Zeg, welk van de woorden in het zinnetje ‘sorry, geen belangstelling’ snap je nu eigenlijk niet?” Succes verzekerd. Ratel grompelde nog iets van ‘fijne avond’ en knarste ons grindpad af. Nooit meer iemand van NUON gezien.

Opnemen en stofzuigen

Dan de telefoonterreur. Ik was eens aan het stofzuigen (ja, met de emancipatie is het hier prima geregeld), toen de telefoon ging. „Heeft u even twee minuten?”, vroeg een onduidelijke (‘Glbrr%^$%&% psq’) naam. „Ja hoor”, zei ik, legde de hoorn neer en ging verder met stofzuigen. Na vijf minuten stofzuigen checkte ik de telefoonlijn: tuut-tuut-tuut, of iets van die strekking. Verbinding verbroken. Een andere keer: „Met Sjaak.” „Spreek ik met de heer Euser?” „Nee, daar spreekt u niet mee.” „Maar is dit wel het nummer van de heer Euser?” Dat is juist (Tip: zeg nóóit ‘Ja’ in zo’n gesprek!, ze knippen en plakken zich een hernia met dat woordje en luizen je er zo mee in). „Maar de heer Euser is momenteel niet aanwezig.” „Kan ik een andere keer terugbellen?” „Tja, ik weet niet in hoeverre u daartoe in staat bent. Maar het is u ook gelukt mij te spreken te krijgen, dus op zich kunt wel telefoneren.” „Eh, ja, dank u wel.” De stomheid van de verbazing komt door het toestel heen naar buiten. De vraag ‘Heb ik jullie soms verzocht om een dienst?’, wordt meestal niet eens beantwoord. Op wat gehakkel na.

Weer een andere keer, de telefoon gaat over: „Met Sjaak.” „Goedendag, spreek ik met de  heer Euser?” „Nee. Daar spreekt u niet mee.” „Maar dit is toch het telefoonnummer van Euser?” „Best mogelijk. Maar de heer Euser is niet bereikbaar. Ik pas op zijn huis.” „Kunt u mij misschien vertellen wanneer de heer Euser wel bereikbaar is?” „Geen flauwe notie. Weet u, de heer Euser is een avonturier, een bon vivant en maar zeer beperkt thuis. Momenteel verblijft hij in Indonesië en ik heb geen idee wanneer hij thuiskomt. Kan zo maar zes maanden duren.” „Eh, ja ja, fijne middag nog.” Joe! Ruim voldoende voor een onvervalst dwaalspoor. Want vind maar eens een Euser in Indonesië.

De heer Euser is…

Maar er is één manier die alle telefoontjes vanuit een callcentrum overbodig maakt. En wel de volgende: Like to move it move it, I like to move it move it! (mijn beltoon). „Met Sjaak.” „Goedemiddag, spreek ik met de heer Euser?” „Eh, nou, eh…” „Komt het gelegen dat ik even bel?” „Nou nee, weet u. U belt totaal ongelegen. U spreekt met Sjaak van der Pal, van Van Der Pal Uitvaarten te Appelscha. Het spijt me zeer u te moeten meedelen dat de heer Euser hedenmorgen is overleden.” De stilte die dán valt, is zeventien keer intenser dan de stilte op Waalsdorpervlakte op de avond van 4 mei. Na dertien happen adem: „O nee toch! Wat spijt me dat vreselijk… Wilt u alstublieft mijn condoleances overbrengen aan de nabestaanden?” „Dat wordt lastig. Weet u, de heer Euser had geen familie. Hij leefde alleen. En hij is ook eenzaam en alleen gestorven, zeven hoog aan de achterkant. Uitzicht op een begraafplaats. Best wel een triest einde, zo eenzaam, verlaten en alleen…” „Nogmaals mijn welgemeende verontschuldigingen.” „Is goed beste man, je kunt niet alles weten. Mooie dag nog.”