De draaidopzomers
Eindelijk zomer. Door het uitblijven van het mooie weer en het virus zijn we het vakantievieren misschien wel helemaal verleerd. Met de sleurhut naar een Franse camping, weet u het nog?
Tot in de tienerjaren ging ik mee, en dan naar dezelfde camping met vrienden. Les années ’90, o la la. Uw trouwe scribent dronk bier uit draaidopflesjes en lag verder de hele dag aan het zwembad, terwijl hij het jaar ervoor toch met Bredero in de weer was geweest en poëzieavonden organiseerde. Het kan verkeren.
Gouden jaren, want je ontmoette mensen met een rijbewijs die je wel naar een kloof wilden brengen met een azuurblauw stroompje waarin het goed zwemmen was. Op de kartbaan van Fréjus smokkelden we door een hand voor de luchtinlaat te houden, waardoor je een turbo-effect kreeg à la Mario Kart. En overal die draaidopflesjes van Kronenbourg. Op de rand van de douche, aan de Gorges du Verdon en elders. De jeugd en de zomerzon streken alle plooien glad.
Langs het campingzwembad paradeerde een bloedmooie badjuffrouw in een tennispakje als een militair. Shorts mochten niet, ballen overgooien mocht ook niet. Er was één probleem: Nederlanders houden zich niet aan regels, zelfs niet als een strenge meesteres hen op Allo Allo-achtige toon toesnauwt ‘Not wiz your ball in ze water’. Er is waarschijnlijk niets veranderd, mensen.