Eurotunnelvisie Hokfestival
Elk huisje draagt zijn kruisje. Dat zei mijn moeder altijd als ik op familiebezoek iets niet mocht, terwijl een ander dat wel mocht. Zoals: mijzelf vuil maken. Nee Ossie, denk niet dat het elders altijd alleen maar rozengeur en maneschijn is.
Elk huisje heeft zijn kruisje. Dat is wat Google retourneert als ik op het gezegde van mijn oma zoek. De tijden zijn veranderd. Het woord ‘draagt’ is ‘heeft’ geworden. En ook het kruisje is veranderd. Vandaag de dag is een kruisje een teken dat je niet uit twee alternatieven kunt of wilt kiezen. Daar hoef je tegenwoordig geen woorden aan vuil te maken. We zijn inmiddels al zover dat we in onze paspoorten kunnen aangeven dat we nonbinair zijn. Dan staat er op de plek van het geslacht een kruisje. Als 40 procent van onze bevolking dat zou doen, dan heeft gemiddeld gezien elk huisje een kruisje.
Onze bevolking. „Definieer ‘ons’”, zegt een stemmetje in mij. Volgens mijn paspoort is mijn nationaliteit de Nederlandse. Maar als ik naar het Eurovisie Songfestival kijk, dan voel ik me meer Europees dan Nederlands. Taal en cultuur verschillen, maar de boodschap van de liedjes is hetzelfde: je bent vrij en je mag er zijn, zoals je bent.
Ook als het om oplossing van grensoverschrijdende problemen gaat, voel ik me meer Europees dan Nederlands. Neem bijvoorbeeld de klimaatcrisis. Taal en cultuur verschillen, maar wel hetzelfde liedje: we moeten minder vliegen. Maar na meer dan een jaar ‘coronarigheid’ hebben we die vakantie 700 kilometer verderop toch echt wel verdiend. Vinden we. Hoe leg je die afstand efficiënt af? Met het vliegtuig. Je zou ook de trein kunnen nemen, maar die is duur en langzaam. Je zou een Europees netwerk van hogesnelheids- en nachttreinen aan kunnen leggen. De praktijk is echter dat in een straal van 700 kilometer om onze hoofdstad zes landen liggen die daar allemaal verschillende ideeën over hebben. Dat schiet niet op.
Gelukkig is er een generatie opgestaan die niet meer ‘statisch’ denkt. Die landsgrenzen als iets toevalligs zien. Ik zie het voor me: mensen die elkaar ontmoeten in een of ander Europees hotel. Ze voelen zich Europees. Totdat ze in moeten checken en geconfronteerd worden met hun nationaliteit. Ze vullen in: Nederlands, Belgisch, Duits, Engels, Frans. Waarom niet ‘Europees’? Waarom maken we van onverschilligheid ten aanzien van gender geen probleem, maar van onverschilligheid ten aanzien van nationaliteit wel?
Ik denk dat als we als nationaliteit ook ‘Europees’ toestaan (of voor mijn part ‘Europees (NL)’), dat we grensoverschrijdende problemen gemakkelijker kunnen oplossen. Dan hoeven we immers niet meer te bepalen welk land de kar moet gaan trekken. En ja, ook met nationaliteit ‘Europees (NL)’ mag je nog steeds trots zijn op Jeannu Macrooy, Nikkie Tutorials, Rotterdam, de Waddenzee en het boterhammetje pindakaas.
Het is tijd voor de Birth of a New Age, zonder Eurotunnelvisie Hokfestival.