Bij de tijd
Ben ik nog wel bij de tijd? Dat is wat ik mij met enige regelmaat afvraag. Ik betrap mijzelf er namelijk steeds vaker op terug te kijken en terug te grijpen naar vroeger. Het vroeger van mijzelf welteverstaan hé!
Nu is dat vroeger van mij best wel leuk om op terug te kijken hoor, vooral als je het met het nu gaat vergelijken. Best wel veel verschillen. Een paar voorbeelden? Vooruit dan maar.
Stratengids, wegenkaarten en de weg vragen
Gisteren had ik een afspraak in Gent met een klant.
Vroeger zou ik mij vooraf en per telefoon met draaischijf uitgebreid hebben laten informeren door de klant hoe er te geraken. Ik zou een wegenkaart van België hebben gebruikt en verder bij de grens van deze stad zijn gestopt om op de plattegrond welke er zeker en vast stond (Vlaams voor vast en zeker maar dit terzijde) te bekijken en op te schrijven hoe er te geraken. Gezien de complexe binnenstad van Gent zou ik dan zeker zijn verdwaald, dus ook nog een paar keer de weg hebben moeten vragen. Al met al nogal een onderneming van jewelste en zou er zeker anderhalf uur voor hebben uitgetrokken vanaf Hulst, 35 kilometer van Gent.
Nu ligt dat anders: ik start de app van mijn auto, thuis op mijn Iphone, nog genietend van mijn koffie gezet met mijn volautomatische espressomachine. Zoek het adres op met de ingebouwde Streetview van Google in deze app, druk op ‘verzenden naar mijn auto’ en klaar. Eenmaal in de auto – en deze met een druk op de knop gestart zonder startmotor – vraagt een aardige vrouwenstem mij of ze de routebegeleiding mag starten. Natuurlijk roep ik enthousiast ‘ja’! Met een half uurtje stond ik voor de deur. Behoorlijk relaxed want de auto rijdt voor een groot gedeelte geheel zelfstandig, wel zo handig.
Gekkenhuis
Had ik de alinea hierboven 40 jaar geleden geschreven dan had men mij voor gek verklaard en zonder dralen overgebracht naar de Agnietenstraat, 50 jaar geleden de bekendste bijnaam in Utrecht voor het gekkenhuis, jawel!
Wie vraagt er tegenwoordig nog naar de weg? Was toch leuk hoor vooral als iemand de uitleg nogal serieus nam en met veel gepraat en nog meer handgebaren met wijzende bewegingen je de weg probeerde uit te leggen. Je kreeg er geen woord tussen en na twee volzinnen was je dus de weg alweer kwijt om twee straten verder opnieuw de weg te vragen, haha.
Had ik het zonet over mijn koffiemachientje:
Vroeger hing er bij ons in de keuken op het bovenhuis in Utrecht aan de muur een koffiemolentje, ik zie het nog zo voor me. Met een slinger waaraan je stevig moest draaien om de koffiebonen te malen, welke mijn moeder had gekocht bij ‘De Gruyter’ op de Amsterdamsestraatweg in Utrecht.
Goed, ik mocht vaak mee achterop de fiets en mij was het maar om één ding te doen: het snoepje van de week, haha.
Terug naar de koffie. Water werd er gekookt in de fluitketel, de gemalen koffie werd in een filter gegooid en daarbovenop nog een schepje Buisman. Gadverdamme jongens toch! Zou je denken, maar wat een lekker bakkie kwam er dan van. Voor de fijnproevers soms ook nog een snufje zout en een pietsie notemuskaat (ff op z’n Uterechs) en dan maar genieten.
Opgewarmde koffie
Mijn vader was venter van met name aardappels en vaak ging (moest) ik mee om te helpen. Mijn vader kreeg onderweg van enkele klanten koffie aangeboden en zo had hij dan zijn adresjes. Eén daarvan kan ik maar niet vergeten, het bakkie koffie op vrijdag aan het eind van de ochtend bij mevrouw Van Zessen op een bovenhuis in de Blois van Treslongstraat. Die beste mevrouw Van Zessen hield er maar een vreemde manier van koffie zetten op na. Zij maakte namelijk koffie met kokende melk aan, ook een manier van toen. Heel erg sterke koffie werd zo eens in de twee/drie dagen gemaakt en werd in een porseleinen koffiepot bewaard. Vervolgens, als er dan koffie gedronken moest worden, werd de melk opgezet en aan de kook gebracht. In het kopje al een scheutje van die gruwelijk sterke koffie van wie weet hoe oud. Daarbovenop dus de gekookte melk en dan had je je bakkie. Goor! Maar nog erger: zij bewaarde dan voor mijn vader een bakkie wat al als zodanig was klaargemaakt in een ander steelpannetje en die koffie werd dan voor mijn vader maar helaas ook voor mij opnieuw opgewarmd. Mensen nog-aan-toe, vind je het gek dat ik dat allemaal nog precies weet. En: ook nog zo’n goor velletje dan erop hé!
Volautomaat
Nu heb ik dus een modern koffiemachientje van Italiaanse makelij. Alles op de volautomaat van het malen van koffie tot dampend in je kopje en keuze genoeg want we hebben tegenwoordig (nu) nogal wat termen om ons de koffie te laten smaken zoals Espresso, Lungo, Latte macchiato, Doppio, Cappuccino en nog veel meer. En ja hoor: ik heb een appje op mij Iphone vanwaar ik de Delonghi een seintje kan geven om een lekkere dubbele espresso voor me te maken. Gemak dient de mens!
Had ik dit 50 jaar geleden beweerd? Juist, Agnietenstraat!
Fijn (gemalen) weekend!