De vraag naar psychische hulp is groter dan ooit tevoren
Woensdagmiddag. Ik zat te werken in het kamertje op het noorden, de warmte van het elektrische kacheltje tegen mijn kuiten. De vrouw wiens kantoor ik gebruikte stamelde haar weg de ruimte in. Haar haren waren grijs, haar ogen wat vervallen en de rimpels in haar huid verhalender dan die van een vreemde ooit geweest waren. „Koffie?”, vroeg ze alsof ze van haar hart niet langer een moordkuil maakte.
Ik zette de radio aan, het nummer dat draaide bracht me terug naar een vakantie in Zuid-Italië toen ik klein was, waarna ik „graag” zei, gevolgd door „bedankt” en duimde dat ze er uit zichzelf melk en suiker in zou doen, zodat ik er niet om zou hoeven te vragen, wat geen gevolg van luiheid, maar ongemak geweest was.
Diagnose Asperger
In 2018 kreeg ik hem, de diagnose Asperger. Het ongeloof was verdwenen, net als het overdreven verlangen naar antwoorden dat volgt op een dergelijke gebeurtenis en maakt dat je de antwoorden die je al die tijd al wel had gehad opeens in twijfel trekt – had ik het kunnen weten, hadden anderen dat moeten doen en hoe komt het dat geen van beiden, ikzelf en noch zij, niet hebben doorzien wat na 16 jaar toch het geval bleek?
Een jaar werd ik intensief begeleid en leerde ik op eigen benen te staan; andermans gedrag niet langer te imiteren, zoals men zei dat ik al die tijd gedaan had, maar mijn eigen manier van doen en laten te creëren. Steeds beter kreeg ik een idee van hoe dat moest, leven, – en hoewel ik het nog niet volledig onder de knie had, vond ik een-idee-hebben-van toch al snel voldoende. Ik kon het leven immers weer zien voor wat het is: een betrekkelijk zinloze exercitie met daarbinnen de kans om het zo aangenaam mogelijk te maken. Daarmee liep de vraag naar hulp af en zocht en vond ik gedurende twee jaar mijn eigen weg.
Hulp vragen is niet erg
Het was dan ook pas gedurende de tweede lockdown geweest dat ik weer rond had gelopen met het gevoel niet alles zelf op te kunnen lossen, dat de behoefte aan de visie van een derde weer toe genomen was. Het stukje eigenwijs in mij stribbelde tegen, maar hoe meer tijd er verstreek, hoe zekerder ik er van werd: het is niet erg om om hulp te vragen. De eerste keer niet, de tweede keer niet en de derde keer evenmin, want het leven kan, hoe mooi ook, soms ook gewoon heel ingewikkeld zijn. Je kunt er niet voor weglopen en het simpelweg achter je laten evenmin, want je leven, dat ben je zelf – en de filosofie van psychologie is enkel om hetzelfde anders te leren zien wanneer dat nodig blijkt.