Kijk eens wat beter om je heen
Woessjj! Het geluid van ruisende rokken. Vol ontzag kijk ik omhoog, een zwerm zwaluwen maakt tekeningen in de lucht, de kop van een konijn, een pet met klep, het verandert razendsnel.
Ik wandel langs de Rietput, een plas viswater, vlak bij huis. Woesjj, weer, nu boven mijn hoofd, er valt hoorbaar vogelpoep, op mijn jas, mijn haar. Honderden zwaluwen vullen de takken van de oude Beuk. Oorverdovend gekwetter.
Ik denk aan de politica die tijdens De Slimste Mens vertelde dat ze bang is voor vogels. Met verwondering had ik naar haar geluisterd. Ieder zijn angsten, dacht ik nog. Ik ben niet bang voor vogels, maar ligt het aan mij, of is een zwerm vaker zo groot, lijkt het maar alsof ze iedere keer meeverhuizen boven mijn hoofd, mijn route? Het geluid zwelt aan, daar komen ze weer, als regen klettert de poep op de grond. Hijgend versnel ik mijn pas. Wat weten die vogels wat ik niet weet? Ze wakkeren mijn onrust aan. Een vrouw die haar hond uitlaat, kijkt net als ik, naar boven. ‘Wauw’, zegt ze. We kijken elkaar even aan. Snel pakt ze haar telefoon uit haar jaszak. Als ik de hoek om ga zie ik een moeder met een meisje van een jaar of acht. Ook zij kijken omhoog naar de zwerm, het meisje wijst naar de witte vlekken op de stoep.
Luchtshow voor mij
De week ervoor zag ik ze ook. Vlak voor het donker maakte ik een ommetje, de lucht was helder en wit, in de verte zacht oranje van de ondergaande zon. Windstil. Aan de grond genageld met mijn hoofd in mijn nek, keek ik naar de zwerm die spectaculaire vormen maakte. Niemand in de buurt, een luchtshow speciaal voor mij. De dag erna zat ik met mijn broer in de auto op weg naar onze geboortestad. Ja, ja, knikte hij vanachter zijn mondkapje, ‘spreeuwen’. Hoe komt het dat dit eeuwenoude natuurverschijnsel nu pas tot me doordringt? ‘Kijk eens wat beter om je heen’, bromt man.
Neem die plas in mijn buurt. Dat die wonderschoon is, zie ik inmiddels. ‘De Rietput is ontstaan als gevolg van een dijkdoorbraak van de IJsseldijk in de 13de eeuw. In die tijd was de Hollandse IJssel een grotere rivier dan de Lek’, las ik in mijn scherm. Sinds kort weet ik dat ‘die plas’ de Rietput heet. Als je met aandacht kijkt, wil je ook weten wat je ziet. Langzaam ontwaak ik.