Een opmerkelijke vondst
Op een avond liep dakloze Hendrik Andriessen over straat. Eigenlijk mocht hij dat niet, want ons land had de vrijheden van zijn inwoners danig beperkt. Na negen uur mocht er immers niemand meer op straat zijn.
Het was iets wat Hendrik niet wilde snappen. Het was ook iets wat hij niet kon snappen, want van tijd had hij geen notie meer.
Op diezelfde avond reden zij over straat. Eigenlijk mochten zij dat niet, want ons land had de vrijheden van zijn inwoners danig beperkt. Na negen uur mocht er immers niemand meer op straat zijn. Maar zij waren een uitzondering. Zij waren van thuisbezorgd punt nl. Wat ze bij mensen thuis bezorgden? Met wat ik nu weet, in ieder geval geen pizza’s. Waarschijnlijk sieraden.
Diezelfde avond deed Hendrik een opmerkelijke vondst. Hij zag iets op straat liggen. Toen hij het object nader bekeek, zag hij dat het een polshorloge was. Niet zo’n prul dat je voor een paar euro bij de AliExpress vindt, maar een oerdegelijk exemplaar met een metalen polsband. Het had een uurwerk van zijn overleden grootvader kunnen zijn. Helaas kon Hendrik niet lang van zijn vondst genieten. Slechts enkele minuten later werd hij van zijn horloge beroofd. De beroving mislukte, want een van de criminelen meende de politie te zien. Niet dat het Hendrik veel hielp. Zijn pas verworven horloge was kapot. Het stond op halfnegen.
In de boeien
Een uur later was de politie alsnog gekomen. Aanvankelijk was Hendrik opgelucht, omdat hij nu eindelijk zijn verhaal kon doen. Maar zover kwam het niet. Hendrik werd in de boeien geslagen en naar het bureau afgevoerd. De politie had hem nog wel gevraagd of hij wel wist hoe laat het was. Daarop had Hendrik zijn kapotte horloge getoond, dat nog op halfnegen stond.
Hoewel Hendrik bleef volhouden dat hij het horloge op straat zag liggen, verdween hij in een cel. De politie had hem zijn horloge afgenomen. Dat kon immers niet, dat een dakloze zwerver zo’n uurwerk had. Dat moest hij vast en zeker hebben gestolen of beroofd.
En terwijl Hendrik in zijn cel zat, kreeg de dienstdoende agent bezoek van een collega. Die bekeek het proces verbaal van de crimineel Hendrik A. De collega dacht aanvankelijk dat het iemand was die de coronamaatregelen had overtreden, maar moest zijn gedachten wellicht bijstellen toen hij de reden van de aanhouding las: “A. vond klok”…