Enger dan aids

Prasad Postma 5 okt 2020

Toen ik vanochtend in de kou ging joggen voelde ik mij ineens dubbel oud, terwijl ik mij eerder juist jong voelde. Eén reden was de lange warming-up die ik nodig had om mijn gewrichten op gang te brengen. De tweede reden waren twee jongetjes van 14 à 15.

Laatstgenoemde kereltjes kwamen uit een groep die niet altijd even lekker lijkt te ijken met onze regels en lijnen. Ik noem geen namen, maar de kans is groot dat je ze binnenkort op een scooter of een elektrische fiets met pizza’s (integratie-gaat-door-de-maag) door jouw straat ziet rijden.

Ik werd blij doordat deze ventjes, op zo’n vijftig meter voor mij, van de stoep afgingen om een grote plas te ontwijken. Het was super rustig (het-nieuwe-normaal) op straat, maar toch besloten ze om direct hierna weer netjes terug te gaan naar het trottoir.

Een kil contrast

Ik noem geen namen, maar ik hoor bij een groep die altijd midden op het fietspad jogt en weigert uit te wijken. Zonder mij te zien, maakten deze jochies toch ruimschoots baan en dat maakte mij blij. Dan ben je toch oud?

Het genotsgevoel veroorzaakt door mijn ouderdom stond in kil contrast met hoe jong ik mij vanochtend voelde. Dat kwam doordat mijn vriendin toen iets vertelde dat relateerde aan een bijzonder vreemd voorval op mijn werk.

Ik heb een baan bij een commerciële coronatester, één van de bedrijven die het RIVM, ondanks ons actieve aanbod, niet direct wilde inschakelen om hun testcapaciteit uit te breiden.

Wij hebben 14 à 15 eigen en partnervestigingen waar we mensen testen die willen vliegen naar Marokko, rijden naar Duitsland, België of Frankrijk, of die weer snel aan de slag willen voor hun bedrijf.
Volgens het RIVM hangt de tweede coronagolf samen met vakantievierende jongeren die terugkomen uit het buitenland. Daar zitten onze klanten, over het algemeen, juist niet bij.

Toch zijn mijn collega’s dit weekend uit ons pand op een kleine Nederlandse luchthaven gezet. Ze zijn zonder waarschuwing het vliegveld af gebonjourd. De eerste, al gearriveerde, klanten erbij.

Verzinnen met een zachte g

We weten nog steeds niet precies hoe het zit, maar blijkbaar moesten we weg omdat ‘mensen op en rond het vliegveld’ bang waren voor meer besmettingen. Deze zouden hun oorsprong kunnen hebben bij onze testfaciliteit. Ik noem geen namen, maar zoiets verzin je toch alleen met een zachte g?

Het voorval deed mijn vriendin denken aan de angst voor plekken waar homo’s zich lieten testen op HIV in de jaren ‘80 en ‘90. Daardoor voelde ik mij dus jong, want die verhalen ken ik niet eens.

Ik was de mannetjes inmiddels voorbij toen ik een van hen hoorde niezen. „Ga weg met je vieze corona!”, gilde zijn vriendje met een baardloos stemmetje, waarop ik me omdraaide.

Ik zag hoe de gillende (ik-word-later-bezorger-omdat-bepaalde-groepen-die-ik-niet-noem-steeds-minder-lijken-te-doen-in-de-)keukenmeid lachend een stukje weg sprintte, zonder warming-up, en ineens deden mijn knieën weer pijn.