Begging capitalism
Sinds half maart lijken de dagen, weken en maanden op elkaar te plakken als post its van een en dezelfde kleur.
Ik was net terug uit Vietnam en het voelt alsof ik die reis eeuwen geleden heb gemaakt. De afgelopen maanden kwam ik door met minimale productiviteit. De tijd vliegt nog sneller dan eerst en terug in het systeem vraag ik me steeds vaker af:
Wat is vandaag belangrijk?
Panklare antwoorden die ik heb, zijn voor mij onderdeel van belangrijke kernwaarden: fysiek bezig zijn, creatief bezig zijn, liefdevol bezig zijn, lol hebben. Delen. Familie en vrienden zien. Herinneringen maken. In het moment zijn. That’s it. Verder kijken voelt nu nutteloos.
Wat ik ook als nutteloos begin te ervaren is de nepheid van onze instanties tijdens deze intelligente lockdown met slogans als:
‘Samen tegen Corona’.
‘We doen het samen’.
‘Alleen samen verslaan we COVID-19’.
Que?
Ten eerste, ik heb geen fittie met COVID. Ten tweede: als ik mijn economielessen goed kan herinneren, draait het om individuele winstmaximalisatie (of IN plat Nederlands: ieder voor zich). Nu lees je halfbakken slogans die terug willen vallen op verbroederende kernwaarden, waar ik het kapitalisme nooit mee heb geassocieerd. En al moest ik vechten tegen COVID, liever niet ‘samen’ met jullie. Voor je het weet, word ik gebruikt als menselijk schild… Kermit, waar is mijn thee?
Een voorbeeld: laatst kregen alle Basic Fit-leden een cringy email. Of we in ‘deze lastige tijden’ onze ‘Love for the Orange Family’ kunnen tonen (lees: blijven betalen), *zonder* dat je kan sporten. En ook het concurrerende Fit For Free denkt dat we gezond en sterk door de crisis komen ‘door elkaar te helpen’. Dus alsjeblieft, gooi een beetje money hun kant op?? Hoeft niet, mag wel??
Hi-la-risch, nu ze niet meer bij mijn portemonnee komen. Stond de sportschool achter mij toen ik een keer te laat betaalde en de incasso op me dak kreeg (Flanderijn, I see you)? Werkte de belastingdienst ‘samen’ met ouders voor de kinderopvangtoeslag? Samenvattend, ’Rona laat die BV’s, NV’s en overheden allemaal in een kramp schieten om ons ervan te overtuigen dat we altijd vrienden zijn geweest. Of familie zelfs. We zijn geen van beide, laat me dat vooropstellen.
Ik bedoel, de Liefde- en Passiebroden (goeie marketing) van de Albert Heijn koop ik wekelijks, maar zolang er een andere supermarkt is die brood levert, zou ik niet huilen om AH’s faillissement. Hetzelfde geldt for KLM. Dus bespaar me je zogenaamde saamhorigheid in een kapitalistische maatschappij.
Dat gezegd hebbende, heb ik een nieuwe term verzonnen voor het (laatste?) tijdperk van overconsumptie: begging capitalism.
Grote bedrijven krijgen door dat zij zonder onze uitgavepatronen net zo vervangbaar zijn als hun eigen medewerkers. Dus moeten wij – ofwel via liefdadigheid of via overheidssteun – hun hoofden boven water houden. Als je het aan mij vraagt, kunnen zij verder dobberen in die onzekerheid. En sommigen mogen zelfs verdrinken.