Geloof
Voor het eerst in weken rijd ik even de stad in. Op virusvrije zaterdagen staat deze uitvalsweg mudvol. Vandaag niet.
Bijna thuis. Op de radio een verzoekplatenprogramma. Moeder mist kind, dat ver weg in quarantaine zit en laat ‘Avond’ van Boudewijn de Groot opzetten.
Ik rijd een blokje om, wil ‘… maar de dingen in de kamer …’ horen. Zo prachtig.
In de spiegel zie ik de chauffeur van de auto achter mij meezingen. Zijn ronde lippen verraden de lange o’s in het refrein. Een tegemoetkomende jonge bestuurster schreeuwt ze uit, tranen over wangen.
God is dood, leve geloof.