*Big Bang*
Wanneer ik deze week een televisiegesprek zie met Dirk De Wachter, één van mijn favoriete psychiaters én sprekers, verwoordt hij de angst die ik al weken voel sudderen: "Na de piek van het coronavirus, komt de piek van de psychische problemen." De Wachter doelt daarmee vooral op het feit dat we ons nu in uitzonderlijk complexe omstandigheden bevinden zonder dat we elkaar écht kunnen steunen, als gevolg van het social-distancing-gebeuren.
Nadat ik het televisieprogramma heb bekeken, reflecteer ik op mijn eigen leven in coronatijd. Mijn twee lieftallige puberdochters zijn nu thuis. En wonder boven wonder gaat dat prima. We hebben een ritme gevonden om elkaar te ontduiken, te verbinden en te ontlopen wanneer nodig. Nog geen sprake van kleerscheuren bij één van ons drie. En dat is gezien onze woonsituatie (een kleine driekamerflat met mini balkon) best een puike prestatie. Het home-schooling en home-teaching project gaat soepeler dan gedacht. Mijn thuiswerken gaat als een speer. Er is een stuk minder afleiding nu de uitgebreide lunches en lachsalvo’s geen deel uitmaken van mijn standaard werkdag. Ik sport drie keer per week met een sportmaatje op gepaste afstand. Renden we vier weken geleden nog en colonne met 15 man door het park, nu rennen we in tweetal achter elkaar aan. Als een treintje. Kibbelend wie er voorop mag om de koers te bepalen. Eén voordeel van de anderhalve meter afstand is dat je je voorligger nu ziet afremmen. Dat scheelt heel wat blauwe plekken en schrikreacties kan ik je zeggen. Mijn vrienden spreek ik via de app. Of soms met videobellen. En naast mijn gezin, zie ik twee vaste vrienden op gepaste afstand.
"Zo slecht breng ik het er niet vanaf. Het is best te doen zo." Denk ik nog.
En dan, na een fijne gedistantieerde ontmoeting, hoor ik mezelf tegen een vriend zeggen: "Ik heb intuïtief het gevoel dat er iets niet klopt." Wanneer hij mijn gevoel niet bevestigt, geef ik hem een onverdiende sneer. Ik schrik er zelf van. En dan voel ik de hele riedel, door Dirk de Wachter benoemd als behorende bij deze omstandigheden: boosheid, frustratie, angst, onzekerheid, verdriet en machteloosheid. In een flits zie ik alles aan mij voorbijgaan wat ik met veel bloed, zweet en tranen heb opgebouwd: mijn leven. Mijn leven zoals het was voor corona. Er zullen velen met mij zijn. Ik huil dikke tranen. Laat alle emoties er zijn. En maak vervolgens contact. En dat laatste maakt het leven toch echt een stuk draaglijker. Ook al mis ik de bijbehorende knuffel.