Scherpe randjes
En toen lag ze opeens dood in bed.
Ik geef niet bij elkaar passend ondergoed mee, waarvan ik denk dat het lekker zit.
Ik zet twee stappen in de richting van haar kist, maar draai me om. Haar mond zit raar.
Ik zet oneetbaar eten op tafel, en ben te moe om de hagelslag te pakken.
De scherpe randjes gaan er wel vanaf zeggen ze. Dat is goed want op dit moment ben ik net een cirkelzaag.
Ik knuffel met 100 mensen van wie ik vaak niet op de naam kan komen.
Ik raak de autosleutel kwijt. Mijn vriend probeert zijn irritatie te verbergen.
Ik ben klaar met praten over mijn dode moeder.
Ik vertel een wildvreemde op straat dat mijn moeder overleden is.
Ik vraag me af of van de 100 mensen met wie ik heb geknuffeld er iemand wellicht Corona had.
Ik twijfel of ik naar de dokter moet om mijn hart te laten checken.
Ik hoor haar stem op mijn voicemail en kan vervolgens niet meer op staan.
Ik houd me sterk op mijn werk. Zodra ik de sleutel in het slot van mijn fiets steek begin ik met huilen.
Ik draai 150 keer hetzelfde liedje.
Ik huil na de seks.
Ik hoor mezelf voor de 18e keer hetzelfde verhaal vertellen.
Ik word boos op mijn zoon. Twee minuten later huilt hij dat Oma tenminste nooit boos werd.
Ik ga dansen. Vraag me af of ik me moet bezatten of iemand op zijn bek moet slaan, of allebei.
Ik voel me schuldig dat ik ben gaan dansen.
Ik vuur een scheldkannonade af op een bezorger die vertikt mijn bestelling in de achtertuin te zetten.
Luister goed naar jezelf zeggen ze.
Maar ik weet eigenlijk zelf niet wat ik zeg.