De vijand op Amsterdam Centraal

Marieke Jacobs 2 feb 2020

Zaterdag avond, Amsterdam. Oud en jong mengen zich in de rij bij de Smullers op Centraal. Roemer, gelach en geschreeuw vullen de ruimtes graag.

De nacht vordert, het wordt koud. De schoonmakers vullen de lege hallen van het station. NS medewerkers spoeden zich huiswaarts. Enkel een handje vol blijft achter voor hun nachtdienst. Het uitgaanspubliek is in de stad, de senioren zijn thuis. Terwijl een struikelende student zijn trein richting Delft zoekt, zoekt een dakloze man op slippers, zonder sokken, naar iets te eten. Maar hij is niet alleen.

Hij moet snel zijn, voor dat de schoonmaak wagens alles weg vegen. Uiteraard weet hij waar hij moet zijn, maar dat weten zij ook.
Hij baant zich onzichtbaar en onopvallend door het station. Uitkijkend voor de heren en dames van de beveiliging, want die zien hem alleen maar als last, en willen hem het station uit zetten. Hij kijkt naar zijn voeten, tenen beginnen te verkleuren door de kou.

Hey! Hij ziet een vijand rennen, snel volgt hij zijn pad. Zijn ogen vallen op een gevallen bakje patat. Hij verjaagt zijn vijand en raapt de patatjes op. 1-0 voor hem.
Hij is alleen, terwijl zijn vijanden met duizenden zijn. Die hebben het warm en hebben beschermingen. Rennen sneller dan hij ooit zal kunnen. Mensen maken soms foto’s en filmpjes van hen, maar kijken de man vies en schuldbewust aan.

Terwijl hij richting zijn karretje loopt waar zijn leven in zit, ziet hij een rits vijanden rennen. De man spits zijn oren, hoort voetstappen luid aankomen. Geen twijfel, karretje pakken en weg.
Weg naar buiten, de kou in, met enkel alleen koude patatjes, opzoek naar een slaapplek….
Terwijl zijn vijanden feest houden in de Donner Company.

Ja, het leven als Rat op Amsterdam Centraal is altijd nog beter dan dakloos zijn..