Wassen of werken
Krekeltjes brullen er vrolijk op los, dauw druppelt van de blaadjes en de vogels beginnen met hun ochtendlied. Ik loop over een zanderig hobbelpad van een piepklein Indiaas dorp in de jungle en ben op weg naar de melkboer. Deze komt iedere dag in een pick-up vol rammelende melkbussen naar de enige kruising om net getapte melk te verkopen aan de dorpelingen. Het is een wandeling van twintig minuten en onderweg is het leven al in volle gang; een vrouw klopt haar was uit op een steen, haar buurvrouw stookt een houtvuur en een man bereidt zijn ossenkar voor op een dagje ploegen. Op de kruising lijkt niemand haast te hebben; de laatste roddels worden uitgewisseld, het nieuws van de dag wordt besproken en vanuit de radio in het winkeltje schalt muziek .
Ik denk aan mijn leven in Nederland. Als ik melk wil, zet ik voordat ik naar de supermarkt ren gauw even de wasmachine aan en gris ik zonder na te denken een pak melk uit het vak. Vervolgens lees ik op mijn telefoon de nieuwsheadlines en scrol ik door facebook om te zien of er nog baby’s geboren zijn. Dan moet ik opschieten om op tijd op mijn werk te komen. Een wereld van verschil met deze kalme morgen in het dorpje Karimbil.
De vrouw wringt nu lachend de was uit en ik kijk geamuseerd toe. Het hele ochtendritueel zet me aan het denken. Ik werk om me een wasmachine, smartphone en cappuccinoautomaat te kunnen veroorloven – deze besparen me immers veel tijd. Maar vervolgens spendeer ik zoveel uur op mijn werk, dat ik alsnog automaatkoffie drink en er ’s avonds thuis achter kom dat er over datum melk in de koelkast staat.
Waarom wil ik al die gemaksproducten eigenlijk? Ik realiseer me dat deze mijn leven helemaal niet rustiger maken- integendeel. Hoe meer ik heb, hoe drukker ik me maak en laat staan wat er gebeurd als er iets kapot gaat. Ik zou niet geheel zonder willen, maar meer werken voor geld om dingen te kopen waar ik vervolgens niks mee doe, lijkt ineens de omgekeerde wereld. Van al deze stress lijkt in dit dorpje namelijk totaal geen sprake. Wassen is hier werken, maar dan zonder de druk van geld, tijd of agenda’s en het enige waar men zich deze morgen zorgen om maakt is of de melk niet vermengd is met water.
Een uur later kom ik met verse melk terug bij het stenen huisje waarin ik verblijf. Op mijn gemak zet ik water op voor koffie, maal de bonen en wacht tot de melk overloopt om vervolgens met een mok dampende cappuchino uit te kijken over een bananenplantage- gelukkig heb ik alle tijd.