Vliegtuigstand
Na Dry January komt Wet February. Goed nieuws: 1 februari valt dit jaar op een zaterdag. Hét perfecte excuus om flink los te gaan.
Al die opgekropte frustratie mag er eindelijk uit. Frustratie over de weegschaal die nog steeds te ver uitslaat, frustratie over mensen die roepen dat alcoholvrij bier "net zo lekker is". Donder toch op. Het gaat helemaal niet om de smaak. Van een biertje hoor je een roesje te krijgen. Een tuinstoelgevoel, zo noem ik het altijd. Na het eerste pilsje laat je de leuning een standje zakken, na het tweede nog wat verder, enz. Tot je uiteindelijk horizontaal eindigt in de vliegtuigstand. Zo noem ik dat altijd. Omdat je vanuit dat perspectief de condensstrepen van lijnvluchten kunt zien.
Ik verheug me er nu al weer op: plakkerige dagen met flinke onweersbuien. Liefst code oranje, of rood. Dat je de krekels bijna uit elkaar hoort knallen van de hitte. Strakblauwe dagen die eindigen met asgrauwe luchten. Dagen waarop het ineens begint te waaien alsof je op het topje van de Eiffeltoren staat. Vanuit het niets. Dagen waarop douchen zinloos is, omdat vijf minuten later het zweet weer over je voorhoofd gutst. Heerlijk! Als het dan eenmaal zo pikzwart is dat de wereld lijkt te vergaan, dan loop ik op mijn slippers naar de koelkast voor een ijskoud biertje.
Wat dat betreft is het goed dat al die afkickrituelen in januari plaatsvinden. Stel je voor: Dry July. Het bekt lekker, maar daar moet je toch niet aan denken? Een regelrechte nachtmerrie. Geen alcohol in de winter – dat is nog tot daaraan toe. De zomer is gemaakt om te zuipen. Om je lever eens flink van jetje te geven. Lekker wegzakken onder zo’n Ola-parasol met een halve liter op een gammel tafeltje. Dat is gewoon genieten. Hamburgers op de grill gooien terwijl je te dronken bent om een vleestang vast te houden. Ik kan niet wachten.
En dan ‘s nachts, wanneer je drijfnat probeert de slaap te vatten, begint het ineens te rommelen. Steeds iets harder. Tot het zo hard is dat je de muggen niet meer hoort en je afvraagt of het dak van de buren al in brand staat. Lang leve de zomer. Laat maar komen. Ik begin zaterdag alvast met de voorbereidingen. Even de lever testen. Even weer dat gevoel van die roes ervaren. Even checken of ik al in vorm ben voor de vliegtuigstand.