Nog 133 dagen tot de zomer: het is Blue Monday
20 januari 2020. De trein tussen Alkmaar en Amsterdam zit (of moet ik zeggen staat) vol dampende reizigers die net een helse fietstocht/wandeltocht door de regen hebben doorstaan. De gebruikelijke ochtendspits. Alsof dat nog niet genoeg is, ben ik opgestaan met een erge verkoudheid en dat terwijl vandaag mijn eerste stagedag begint. Het is Blue Monday: de meest deprimerende dag van het jaar. Om deze column toch positief te beginnen: als je dit leest heb je waarschijnlijk al een gedeelte van de dag doorstaan. Je zit in de trein of zit op je telefoon en hebt een moment voor jezelf gevonden. Het is nog maar de vraag of de rest van de dag je meer oplevert dan dit.
Blue Monday is volgens onderzoek de dag waarop de meeste mensen zich neerslachtig voelen. Daar kunnen verschillende oorzaken voor zijn: mislukte voornemens, het slechte weer, verkoudheid, de sleur van je werk enzovoorts. Herken jij jezelf al hierin? Na deze dag hoop je de zon weer te zien schijnen. Ondanks de tot nu zachte winter heb ik slecht nieuws voor je: het duurt zeker nog 133 dagen tot de zomer. Alsof dat nog niet genoeg is, waarschuwen verschillende nieuwsmedia vanaf deze week voor een heuse griepgolf. De winterdip is begonnen.
Het is hoog tijd voor een tegenaanval op Blue Monday. Ten eerste, de dag is nog niet voorbij. Dus tip 1: geef wat kleur aan deze dag. Plan wat leuks voor de avond. Verwen jezelf of je partner met een diner, trakteer jezelf op extra kop koffie en zet je favoriete programma op. Denk ondertussen na over de komende weken. Want bovenstaande voorbeelden nog 133 dagen volhouden lijkt mij een vrij onmogelijke opgave. Daarom tip 2: zorg dat je iets hebt om naar uit te kijken. Plan een uitje met vrienden, koop dat nieuwe boek of bezoek een museum. Pak het zo groot aan als je zelf wilt. De winterdip zorgt jaarlijks voor veel deprimerende gevoelens bij mensen. Daarom tot slot tip 3: omarm de winterdip. Het klinkt tegenstrijdig maar probeer de winterdip te omarmen door te genieten van de kleine dingen om je heen en wat tijd te nemen voor jezelf. Relativeer de sombere gedachtes.
Als ik de tram instap zie ik vanachter de wolken een regenboog ontstaan. Vooraan de tram maakt een medepassagier ruimte voor een mindervalide dame. Als ik door het raam kijk zie ik een groep bassischolieren. Druk pratend en lachend lopen ze achter hun meester aan de hoek om. Ik stap uit en kijk achterom. Het Rijksmuseum licht op door de zon. Misschien valt Blue Monday toch wel mee.