Wat wil de vrouw?
’Tais toi et soi belle’, zei Karel Appel ooit tegen Sonja Barend, in een van haar talkshows. ‘Houd je mond en wees mooi!’ Karel was haar kritische vragen beu. Sonja, mooi, hield haar mond maar even. Deze opmerking werd niet voor niets uitgesproken in het Frans.
Ik las een interview met de Française Sophie Perrier. Zij heeft een onderzoek gedaan naar de Nederlandse man, woonde tien jaar in Nederland, heeft ooit een relatie gehad met een Nederlander. Sinds 2001 woont ze weer in Frankrijk, samen met een Fransman.
‘De Nederlandse man is redelijk en eerlijk, mijdt risico’s, is nooit openlijk jaloers. Maar voor passie en romantiek moet je niet bij hem zijn’. Tot die conclusie komt Sophie in haar boek: L’anti-Macho’ waarvoor ze sprak met tientallen vrouwen. De Nederlandse man is betrouwbaar maar aan de saaie kant. ‘Hij is gewoon te aardig’.
Sophie veegt hiermee jaren van vrouwenemancipatie van tafel. ‘Was will das Weib?’ vroeg Freud zich anno 1920 al af.
Een vrouw wil een man die vraagt hoe haar dag was, met de kinderen speelt, lekker kookt. Een man die niet alleen aan seks denkt maar het prima vindt om samen een oude aflevering van Friends te kijken. (daarna wil ze seks). Een man die geduldig reageert op haar redeloze woorden als ze menstrueert.
Nadat we in het paradijs zijn aangekomen, althans in Nederland (Hoe de man zich in bochten heeft gewrongen afgelopen jaren, wat dit hem heeft gekost en nog kost) komt Sophie met het oordeel over de Nederlandse man. Vrouwen vinden mannen niet spannend genoeg als ze zich niet als de eerste beste hufter gedragen. Daar komt haar conclusie op neer.
Ik heb Cécile Narinx (ex hoofdredacteur Elle) in DWDD horen zeggen dat Franse mannen grenzeloos zijn. Ze leggen een hand op je borst, gedragen zich als geile honden, niet saai, wel voortdurend angstaanjagend seksueel opgewonden, gaan vreemd. De Franse vrouw tolereert dit, dat is het spel.
Sophie legt de vinger op de zere plek. Vrouwen zijn tegenstrijdig. Zelf ben ik de vleesgeworden ambivalentie, die tot vervelends toe enerzijds, anderzijds, tobt. Er zijn momenten dat ik nauwelijks met mezelf kan leven.
Een vrouw wil een man die rekening met haar houdt, die als ze nee zegt, dit accepteert. Als hij dit doet, is hij saai, trekt de vrouw haar pruillip en haakt af. Sophie toont onze wispelturigheid aan, met dit boek.
Mijn man was even stil. Voor hij zich gesteund kon voelen zei ik : ‘de Nederlandse man te aardig? Er lopen genoeg hufters rond, waar heeft ze het over.’