Toen ik je zag in de liefde

Eduard Sarens 7 dec 2019

Ik liep door de poort de rozentuin in.
Toen ik mijn ogen verkeek.
Verkeek naar de rechterkant op de tuin in.
Toen ik jouw zag zitten in het midden in de tuin.
Op een bankje van de liefde van de tuin.
En toen ik de zon zag schijnen op het bankje.
Ik zag de ster van de liefde eronder zweven.
Ik keek jou recht de ogen in vanaf het pad.
Het pad waarop ik naar binnenin was gelopen.
Je keek mij ook in recht de ogen in.
En je floot een keer mijn kant op.
Je zei Eduard kom naast mij zitten op het bankje.
Wat de liefde je had vertelt hoe ik hete.
Ik liep door de tuin het pad dat was aangelegd.
Aangelegd door de liefde.
Naar het bankje midden in de rozentuin.
De liefde die wist dat wij elkaar zouden treffen.
Treffen in de rozentuin van de liefde.
Toen ik naast je ging zitten op het bankje.
Ging de liefde de pad van de rozen.
Weer vullen met rozen van de liefde.
Je keek mij aan en ik keek jouw aan.