Wat gaan wij doen vandaag?
Het weekend werd zinvol besteed: een typisch eenentwintigste-eeuwse combinatie van werk, kinderfeestje, film- en familiebezoek, afgerond met een overwinning van Ajax op Feyenoord. Is het ooit anders geweest? Voor Feyenoordsupporters waarschijnlijk niet. Voor hen is leven lijden, en dat is vaak een self fulfilling prophecy in Rotterdam-Zuid.
De antagonie van Feyenoord tegenover het leven heeft een tragische schoonheid. De zeldzame kampioenschappen van de afgelopen kwarteeuw worden in de Kuip met veel meer passie gevierd dan elders. Daar kunnen zelfs de nog zeldzamere successen van AZ en Twente niet tegenop. Er wordt groots verloren en groots gewonnen in Rotterdam.
Feyenoord is een levensgevoel dat terugvoert tot de migratiegeschiedenis van Rotterdam-Zuid, de grootste stad van Zeeland. Al ver voor de oorlog trokken vele arme Zeeuwen naar de havens van Rotterdam, omdat daar werk was. Ajax was in die tijd al een middenklasseclub, waar talenten naar school werden gestuurd in plaats van naar de haven. Dat verschil tekent de verhoudingen nog steeds.
Nu op de velden alleen nog hogeschoolvoetbal wordt gespeeld, houdt Feyenoord vast aan noeste inzet, alsof dat er nog toe doet. Ja, het doet ertoe, wanneer groots en meeslepend wordt gewonnen, maar dat gebeurt steeds minder. Misschien dat een oliesjeik soelaas kan bieden. Het zou zonde zijn dat het sterke voetbalmerk Feyenoord aan een Calimero-complex ten onder gaat.