Open deuren
Ik wachtte op mijn afspraak bij de fysiotherapeut. Plotseling verscheen er een vrouw achter het reclame en gebaarde dat ze de deur wilde openen.
"Het is open!", dacht ik en ging de stakker helpen. Ze was erg blij dat ik de deur opende en begreep niet meteen in haar vreugde dat ze deze deur zelf kon openen … zoals later bleek uit ons gesprek in het Engels, kwam ze een half jaar geleden vanuit Brazilië om in Nederland te wonen. Ze was er zeker van dat de deur van binnenuit is afgesloten.
Eerlijk gezegd heb ik zelfs tien jaar in Nederland gewoond – ik maak nog steeds dezelfde fout – ik klop op de open deuren en durf ze niet zelf te openen. Ik denk dat het een kwestie van mentaliteit is.
Ik herinner me dat ik naar de tandarts ging: de deur was uitgerust met een bel, die me in de war bracht. Het kwam op het punt dat ik na een paar minuten die bel te hebben gebeld, het kantoor van de tandarts belde: "Zal iemand de deuren voor me openen ?!" "Ja, ze zijn open, mefrau." Ik opende deze deur en werd nog steeds boos. Maar was er een reden om boos te zijn?
Wat u ook over Nederland wordt verteld, onthoud: er zijn veel open deuren in Nederland in de letterlijke en figuurlijke zin. Met alle voor- en nadelen van een dergelijke openheid. Evenals open (geen gordijnen) ramen.
“We behandelen elkaar op basis van vertrouwen” – leggen Nederlanders uit. Hoewel het vertrouwen tegenwoordig in een crisis is, blijft het in Nederland relatief hoog.
Voor mij is dit een symbool dat ze in Nederland waarde hechten aan openheid en vrijheid als nergens anders. Niet in woorden, maar in daden en in het dagelijks leven.
Vergeet gewoon niet in je boosheid soms over sommige Nederlandse realiteiten dat vrijheid een prijs heeft.
Ik ben klaar om het te betalen, en jij?