Kippenvel, een column uit Detroit

Carolien van der Leegte 19 sep 2019

Mijn zoon van 17 staat met zijn gezicht naar de vlag. Een beetje onwennig met zijn armen bungelend langs zijn lijf. Ze staan in kaarsrechte lijn opgesteld, achter elkaar. Iedereen is stil. Dan schalt ‘the National Anthem’ uit de luidsprekers. Sommigen houden hun hand op hun hart. Op de tribune zingen de meeste ouders mee. Zometeen voetbalt het highschoolteam van mijn zoon een gewone competitiewedstrijd.

De eerste keer reageer je een beetje lacherig: is dit niet wat overdreven voor een paar van die opgeschoten jongens, die met z’n allen achter een bal aan gaan rennen? De tweede keer weet je wat er gaat gebeuren en de derde keer begint het comfortabeler te voelen. Inmiddels moet ik bekennen dat het iets met me doet als ik ‘The Star-Spangled Banner’ hoor. Amerikanen zijn trots op hun land, hun vlag, hun topsporters en op hun kinderen. En ze laten geen mogelijkheid onbenut om samen hun volkslied te zingen.

Ik heb het volkslied van Amerika inmiddels vaker gehoord dan mijn eigen volkslied. Onder andere bij het begin van iedere professionele sportwedstrijd. Dan staat er een zangtalent op de middenstip het bijna onmogelijk zuiver te zingen lied vol overgave live ten gehore te brengen. De opening van de Superbowl is hiervan het absoluut hoogtepunt, met artiesten als Beyoncé, Lady Gaga en Pink.

De eerste brok in mijn keel kreeg ik bij de start van de marathon van Detroit. Ruim 25.000 man, inclusief mijn eigen man, staan om 7:00 uur ’s ochtends bij -10 °C in de sneeuw te trappelen. Als ‘the Anthem’ luid door de straten klinkt, krijgt iedereen het spontaan warm. Vervolgens wordt er vlekkeloos overgegaan naar ‘Lose Yourself’ van Eminem, de witte rapper uit zwart Detroit. De volumeknop gaat nog iets omhoog om de adrenaline goed door de aderen te laten stromen.

Kippenvel kreeg ik toen 110.000 man in ‘the Big House’ van de University of Michigan – het derde grootste stadion ter wereld – samen het volkslied inzetten. Inclusief mijn Amerikaanse vriendin, die mij had meegenomen naar deze American Football wedstrijd. Ik zeg tegen haar dat ik ‘chickenpox‘ krijg. Ze kijkt me verschrikt aan. Ik probeer het nog een keer: ‘Chicken skin?’ En leg haar uit wat ik voel. Dan begint ze te lachen: ‘You mean goosebumps!’ Hoe moet ik nou weten dat ze hier geen kippenvel krijgen, maar ganzenbulten? En dat ze de waterpokken opdragen aan de kippen…